In tegenstelling tot veel concurrerende beachcafés is hun strandtent Filarakia wel redelijk bezet met een groep vaste klanten, meest Nederlandse jongeren die zich weinig gelegen laten liggen aan de aardbeving van vorige week en de naschok van zaterdag. De bierpomp stroomt maandag bij 38 graden Celsius gedurig, bovendien ploppen de kurken van de flessen rosé.

„De schade wordt in Nederland ten onrechte sterk overdreven”, vindt Johanna, die samen met Lucas de beachclub annex restaurant 22 jaar geleden begon. Het tweetal is bezorgd dat dit toeristenseizoen wederom buiten hun schuld mislukt.

In 2015 waren het de beelden van vluchtelingen op Kos die tot een dip in de boekingen leidden. In 2016 leed de toeristenstroom onder de nasleep van die kwestie. Dit jaar verwachtte de Hotel Associatie Kos een groei van 20 procent, maar dat was voordat de aardbeving toesloeg en enkele historische gebouwen zwaar beschadigde en twee levens eiste.

De 200.000 vakantiegangers op het eiland hebben de gebeurtenissen kalm over zich heen laten komen, stelt Konstantina Svinou namens de hoteliers. Maar op de stranden heerst een andere werkelijkheid.

Filarakia is een witte raaf in vergelijking met andere strandtenten, waar de meeste ligstoelen onbezet zijn. De beachclub La Sola bijvoorbeeld doet manmoedige pogingen de schaarse voorbijgangers te bewegen op het strand plaats te nemen. „Vreselijk”, zegt exploitant Remzi Karadjaoglan. „Ik heb deze plek voor negen jaar gehuurd en als dit zo doorgaat, zijn de eerste drie seizoenen daarvan mislukt.”

Lucas Lavranos ziet het daarentegen minder somber in. Hij verwacht een duidelijk herstel als mensen over de eerste schrik heen zijn. „Gewoon komen! Alles is opgeruimd en alles functioneert goed”, zegt hij gedreven.

Bang voor naschokken is hij niet. Die zijn volgens hem nodig om de energie van de aardbeving te absorberen. „Dit eiland is gebouwd op aardbevingen”, zegt Lavranos. „Mensen hier zijn gewend daarmee om te gaan. Je moet echt zoeken naar gebouwen die beschadigd zijn. Het overgrote merendeel staat nog ongeschonden overeind en niemand hoeft iets te vrezen.” Zijn echtgenote Johanna knikt instemmend. „Het is hier veilig. Absoluut.”