Dat zei ds. J. de Bruin in zijn openingsoverdenking woensdag op de jaarlijkse zendingsdag in Elburg. De predikant van de plaatselijke christelijke gereformeerde kerk sprak naar aanleiding van Openbaring 7:9-10 over het thema ”Een ontelbare schare voor de troon van God en het Lam”.

Behalve oordelen en rampen, zag Johannes ook dat Christus, op het witte paard gezeten, door middel van het Evangelie de overwinning zou behalen, aldus de Elburger predikant. Hoewel het aantal van geredde zondaren voor menselijke begrippen ontelbaar is, weet de Heere het precieze aantal omdat Hij iedere gelovige afzonderlijk kent.

De christelijke gereformeerde emeritus predikant ds. P. den Butter sprak over het slot van Handelingen 17. Paulus doet daar de teleurstellende ervaring op dat zijn boodschap over de opstanding der doden slecht valt bij de filosofen op de Areopagus van Athene. De leer van de opstanding der doden stond haaks op het gedachtegoed van de geleerde Grieken. Zij zagen de dood als een verlossing van de gekerkerde ziel.

In Athene ontstond –anders dan in andere steden– geen gemeente, zo verklaarde de emeritus predikant, die erop wees dat Paulus’ boodschap in wijsgerige kringen als dwaasheid werd beschouwd. Na Paulus’ afgekapte toespraak blijken er toch enkelen geïnteresseerd te zijn, onder wie merkwaardigerwijs een vrouw met de naam Damaris. „Blijkbaar werd Damaris wel geraakt door de verkondiging van Paulus. Hoewel de Bijbel daarover niets zegt, kunnen wij naar het voorbeeld van Lydia aannemen dat God haar hart geopend heeft.”

Ds. Den Butter wees op verschillende Bijbelse voorbeelden. „Vaak worden er in de Bijbel allerlei menselijke activiteiten genoemd zonder uitdrukkelijke verwijzing naar het werk van de Heere. Toch is duidelijk dat achter die menselijke bezigheden God aan het werk is. Ook al ziet Paulus zijn zendingswerk in Athene als mislukt, toch blijkt de verhoogde Christus bezig om in Athene een gemeente te stichten, waartoe de verder onbekende filosofe Damaris ook behoort”, zo besloot ds. Den Butter zijn toespraak.

’s Middags sprak theologiestudent W. L. van der Staaij over Jesaja 55:13, waar de belofte staat dat doornen en distels zullen worden veranderd in dennenbomen en mirtebomen. „Hebben zending en evangelisatie nog nut?” zo begon hij zijn toespraak. „Wat is de zin ervan om bij 30 graden een zendingsdag te organiseren, terwijl er zo veel ontmoedigende en zorgen barende ontwikkelingen zijn, zoals de toename van het aantal grote festivals op de Veluwe? Toch is er verwachting, omdat God van onhandelbare, onvruchtbare en waardeloze doornen en distels nog sierlijke en altijd groenende dennen- en mirtebomen kan maken.”

Van der Staaij zag in zijn tekst een beschrijving van enerzijds de vloek over het mensengeslacht na de val van Adam alsook een beeld van de volledige vernieuwing door het verlossende werk van de Heere. „Omdat volgens Gods eigen belofte de prediking van Gods Woord niet zonder uitwerking blijft, daarom mag het werk van evangelisatie en zending ook onder schijnbaar ontmoedigende omstandigheden doorgaan tot op de jongste dag.”

H. Bor, lerend ouderling in de christelijke gereformeerde kerk in Poederoijen, besloot de zendingsdag met enkele gedachten en aanwijzingen over evangelisatie naar aanleiding van het gesprek van Jezus Christus met de Samaritaanse vrouw uit Johannes 4.

Lees ook in Digibron de vorige verslagen:

Ex-bezetene van Gadara als ideale zendeling : Cgk Elburg organiseert zendingsmiddag (Reformatorisch Dagblad, 14-07-2016)

„Wonder van Cyprus” herhaalt zich in de zending : Christelijke gereformeerde kerk Elburg houdt jaarlijkse zendingsdag (Reformatorisch Dagblad, 23-07-2015)

„Hij heeft Zich tot zonde laten maken” : Christelijke gereformeerde kerk in Elburg houdt jaarlijkse zendingsdag (Reformatorisch Dagblad, 24-07-2014)

„Kerk moet naast de wereld gaan staan” (Reformatorisch Dagblad, 25-07-2013)