Lasbedrijf Van Beek: Betonbekisting moet glad en strak zijn
Iedereen kent ze, en toch eigenlijk ook weer niet: de liggers van het viaduct waar je op of juist onderdoor rijdt, de betonnen balken van de verdiepingsvloeren in de parkeergarage, de pijlers onder een fly-over en de trappen in een stadion of evenementenhal. Het zijn constructies van beton, dat is duidelijk. Maar hoe worden die eigenlijk gemaakt? En hoe kan het dat ze zo prachtig glad zijn?
Om maar meteen de eerste gedachte uit de wereld te helpen: deze betonnen onderdelen worden zelden ter plekke gegoten. Dat gieten gebeurt normaliter op een betonfabriek. Om de juiste vorm te krijgen, zijn mallen nodig. Die mallen of bekistingen op hun beurt worden –van staal– gemaakt bij gespecialiseerde bedrijven. Lasbedrijf Van Beek is zo’n bedrijf.
Het familiebedrijf, voorheen gevestigd in Lienden, betrok begin dit jaar in Veenendaal een nieuwe, grotere hal. De onderneming wordt gerund door vader Marius van Beek (66), vijf van zijn zonen en een schoonzoon. Een zesde zoon is in loondienst.
In de bedrijfshal klinken hamerslagen. Ergens aan de zijkant lassen een paar mannen ogen aan lange, stalen strippen. Het zijn onderdelen van de toekomstige bewapening van een betonnen constructie. Een klusje tussendoor, verduidelijkt Martijn van Beek, een van de firmanten. „We hopen binnenkort een forse order voor nieuwe bekistingen binnen te krijgen. Dan staat de hal binnen de kortste keren vol met plaatstaal en andere materialen.”
Krachten
Stalen bekistingen zijn het belangrijkste product van het lasbedrijf. Het maken ervan is een precies werkje. Op de bekisting komen soms grote krachten te staan, met name bij het gieten van onderdelen van voorgespannen beton. De bewapening wordt daarbij onder spanning in de bekisting aangebracht en tijdens de eerste fase van het uitharden van het beton voorzichtig losgedraaid. De spanning die zo in het betonnen onderdeel ontstaat, zorgt ervoor dat dit een hogere belasting kan dragen.
Liggers van bijvoorbeeld een viaduct krijgen nogal wat te verduren door het gewicht van het voortrazend verkeer, en dat jaar in jaar uit. Bovendien is het beton na het gereed komen van het werk meestal goed zichtbaar. „Opdrachtgevers willen daarom dat het perfect glad is”, zegt Van Beek. In vaktermen: schoonbeton volgens de CUR-100-norm.
Niet alleen het werk zelf moet precies zijn, ook de planning steekt nauw. Van Beek: „De stortdatum van betonnen onderdelen staat lang van tevoren vast. Als onze bekisting niet op tijd is, raakt de hele planning in de war.”
Basis voor een mal is de door de architect aangeleverde tekening van de doorsnede van het bewuste onderdeel van het kunstwerk: de brug, de fly-over of het viaduct. Aan de hand daarvan maakt een van de eigen tekenaars van Van Beek –meestal zoon Jacco– tekeningen voor de bekisting van de te gieten onderdelen. De bekisting, die bij seriewerk voortdurend hergebruikt wordt, moet demontabel zijn. Ze zit normaliter maar één dag om het beton, dat daarna nog 28 dagen nodig heeft om uit te harden.
Plaatstaal wordt op maat aangeleverd door een walserij. De platen zijn lasergesneden. „Op 0,1 millimeter nauwkeurig, dan kunnen we een strakke, gladde lasnaad maken”, verduidelijkt Van Beek. Profielen, voor de versteviging van de bekisting, bestelt het bedrijf bij een staalhandel.
Van Beek senior begon in 1970 als tekenaar bij een ander lasbedrijf. „Ik klom daar op tot verkoper”, vertelt hij. „In 1986 ben ik voor mijzelf begonnen, met een tekenbureau. Van lieverlee ging ik ook wat spullen verkopen, waaronder bekistingen. Op een gegeven moment zijn we zelf bekistingen gaan maken. Met de groei van ons werk kwam de ene zoon na de andere in het bedrijf.”
Blauw
Inmiddels kennen alle grote betonbedrijven de blauw gespoten bekistingen van Lasbedrijf Van Beek. Het Veenendaalse bedrijf probeert zich door snelheid, kwaliteit en flexibiliteit te onderscheiden van de concurrentie, een vijftal lasbedrijven die in dezelfde markt opereren. Zoon Martijn: „We zijn een familiebedrijf. Dat betekent dat iedereen die hier werkt ervoor gaat. Als een klus af moet, werken we ’s avonds en zo nodig zelfs ’s nachts door. Dat compenseren we wel weer als het even rustig is.”
In de infrastructuur is er werk voldoende, stelt hij. Dat was tijdens de crisis niet anders. „Die trof vooral de woningbouw. Het kabinet investeerde toen juist extra in de aanleg en uitbreiding van wegen. Ook voor 2018 ziet het er wat dit betreft goed uit.”
Toch is het Veenendaalse bedrijf voorzichtig bezig zijn blikveld te verbreden. Martijn: „Met onze bekistingen zijn we op zoek naar buitenlandse opdrachtgevers. Het is te riskant om alleen van Nederland afhankelijk te zijn. Daarnaast lassen we steeds vaker andere staalconstructies dan bekistingen.”
De broers en zwager hebben de taken enigszins verdeeld. Jacco doet het meeste tekenwerk en koopt ook de platen in. Martijn gaat over de inkoop van constructiestaal en profielen. Samen bepalen ze de prijzen die ze aan klanten berekenen. De anderen doen uitvoerend werk in de hal, waarbij Marius junior als werkplaatschef fungeert. En vader? „Ik laat het spul al een beetje los”, zegt Marius senior. „Maar hij kijkt graag nog over onze schouders mee”, lacht Martijn. Om eraan toe te voegen: „Hij is ook vraagbaak. We vallen bij de engineering (technische constructie, TR) nog weleens terug op zijn kennis.”
>>digibron.nl/dezaak
Bedrijfsgegevens
Bedrijf: Lasbedrijf Van Beek
Waar: Veenendaal
Sinds: 1986
Product: stalen bekistingen
Omzet: 1,5 à 2 miljoen euro