Zorgen bij Greenpeace om handelsverdrag Japan
Milieuorganisatie Greenpeace heeft vrijdag tweehonderd pagina’s openbaar gemaakt van de onderhandelingen voor een handelsverdrag tussen de Europese Unie en Japan. Volgens Greenpeace is het net als bij andere handelsverdragen zoals TTIP (tussen de EU en de Verenigde Staten) en CETA (tussen de EU en Canada) bijna niet mogelijk inzicht te krijgen in de onderhandelingen.
De Europese Commissie houdt zich daarmee niet aan eerder gedane beloften voor een transparanter en verantwoorder handelsbeleid, aldus Kees Kodde (Greenpeace). Tijdens de veelbesproken onderhandelingen over TTIP maakte de commissie nog 24 hoofdstukken openbaar. Over het verdrag met Japan verschenen maar twee hoofdstukken.
Volgens Greenpeace blijkt daaruit „dat handel prioriteit krijgt boven mens en milieu en dat multinationals het recht krijgen om staten aan te klagen bij een voor bedrijven gereserveerd handelstribunaal”. De milieugroepering is bezorgd omdat bijvoorbeeld geen afspraken worden gemaakt over het tegengaan van de illegale houtkap en houthandel en het beëindigen van de walvisjacht.
De documenten laten Kodde zien dat de EU ondanks mooie beloftes nog steeds achter gesloten deuren slechte deals maakt voor het milieu. Hij vindt dat de EU haar principes niet zomaar overboord moeten gooien „om een handjevol multinationals te verrijken”.
Vakbond FNV vindt dat burgers moeten kunnen meekijken met de onderhandelaars. Een apart handelstribunaal voor bedrijven ziet de vakbond niet zitten. „Wij zijn heel erg tegen dit soort aparte rechtspraak voor multinationals. Die gaat ten koste van democratische besluitvorming binnen landen en vormt daarmee een mogelijke bedreiging van arbeidsrechten en milieu”, aldus FNV-bestuurder Tuur Elzinga.