Het aantal aansluitingen dikte vorig jaar met 137.000 aan tot een kleine 2,7 miljoen. Dat was een „scherpe daling” ten opzichte van de 200.000 nieuwe lijnen in 2015 en de ruim 400.000 in 2014.

Telecompaper gaat er vanuit dat in 2021 ruim drie miljoen Nederlandse huishoudens een glasvezelaansluiting zullen hebben, ofwel zo’n 38 procent van het totaal. Waarschijnlijk iets meer dan de helft van de aangesloten huizen gaat de verbinding ook daadwerkelijk gebruiken.

Reggefiber, dat onderdeel is van KPN, was vorig jaar opnieuw de grootste glasvezelnetlegger. Dat gebeurde echter voornamelijk in de eerste helft van het jaar. In de tweede helft viel de uitrol vanuit Reggefiber min of meer stil.

Voorlopig verwacht Telecompaper bij deze speler, die in 2014 volledig in handen kwam van KPN, ook geen „significante aanwas” meer. Het telecombedrijf heeft volgens de onderzoekers aangegeven zich in plaats daarvan meer op verbeteringen van het oudere DSL-netwerk te gaan richten. Daarmee kunnen mensen internetten via hun koperen telefoonlijn.

De komende jaren zal de groei bij glasvezel dus vooral van andere partijen moeten komen, zoals nummer twee CIF en E-Fiber, Kabelnoord, Rendo en Rekam.