In het woensdag gepubliceerde rapport staat dat de leiding van Defensie niet op een professionele manier is omgegaan met de veiligheid van het personeel. De OVV maakt zich zelfs zorgen in hoeverre het ongeluk kenmerkend is voor de veiligheidscultuur binnen de hele organisatie.

Partijen in de Kamer vinden dat Hennis wat uit te leggen heeft. Volgens CDA’er Raymond Knops waren er „ernstige tekortkomingen op alle niveaus”. Jasper van Dijk (SP) spreekt van een „vernietigend rapport”. Gabriëlle Popken van de PVV vraagt zich af hoe in hoeverre het ongeval kenmerkend is voor de veiligheidscultuur bij Defensie. Ook D66 en GroenLinks willen opheldering.

„Defensie speelt bewust met levens defensiepersoneel. Schande”, stelde Anne-Marie Snels van vakbond AFMP op Twitter. Vakbond VBM vindt de bevindingen van de Onderzoeksraad vernietigend en zorgwekkend. Ze vindt dat „de controle op en borging van de veiligheidscultuur binnen de krijgsmacht beter geregeld moeten worden”.

Door het ongeluk tijdens de antiterreuroefening kwam een 35-jarige instructeur in opleiding om toen hij werd getroffen door meerdere kogels op de oefenlocatie van de Politieacademie in Ossendrecht. De sergeant stond op het moment dat een deelnemer vuurde in de gang achter het doel en achter een dunne, niet-kogelstoppende wand.

De oefening plaats vond in een ongeschikt en niet gekeurd schiethuis. Een instructeur in opleiding werd gevraagd de gevechtsschietoefening te begeleiden. Dat gebeurde zonder persoonlijke begeleiding tijdens de oefening, zonder gekwalificeerde instructeurs en zonder toezicht. Ook was er geen lesmateriaal en geen goede veiligheidsanalyse.

Minister Hennis noemt de conclusies „glashelder”. Volgens haar hebben andere schietbanen in Nederland wel de vereiste keuringen. De oefeningen met scherpe munitie in Ossendrecht zijn opgeschort. Defensie doet zelf ook nog onderzoek. Dat komt na de zomer.