Leidinggeven met oog voor de ander
Elke man geeft leiding, vindt Jan Kloosterman. „Als het goed is aan zichzelf, maar ook in zijn werk en/of gezin.” Drie vragen aan hem naar aanleiding van zijn pas verschenen boek ”Essenties van dienend leiderschap” (uitg. de Banier).
Kloosterman is leidinggevende op de Jacobus Fruytier Scholengemeenschap in Apeldoorn, ouderling en SGP-raadslid.
Wat voegt uw boek toe aan de talloze uitgaven over leidinggeven?
„Ik schrijf over leidinggeven vanuit een Bijbelse visie op relaties. De kracht in en van relaties is een scheppingsgegeven. We zijn geschapen als relationele mensen. Dat betekent dat je aansturing, herstel en inspiratie zou moeten zoeken in het hebben of krijgen van goede en open verhoudingen met anderen. Dat raakt eigenlijk alle omgang met elkaar.
Inzien dat we in relatie tot de ander zijn geschapen, maakt dat je hem kunt dienen. Dat gaat veel verder dan fatsoenlijk met elkaar omgaan. Het gaat om het diep begrijpen en erkennen van de ander als schepsel. Dat vraagt zelfverloochening en de wil om de ander werkelijk te leren kennen en waar mogelijk tot groei, ontwikkeling en ontplooiing te brengen.
Een leidinggevende heeft zelfkennis nodig. Daarnaast mag hij aandacht vragen voor de waarde en kracht van een goede relationele omgang met elkaar, zodat ook anderen zich daarvan bewust worden.
Het doel van dit boek is dat lezers zich persoonlijk en ook in gezin, werk en kerk ontplooien met de talenten die ze van God gekregen hebben om dienstbaar te kunnen zijn. En dienen gaat over hoe je met elkaar omgaat. Dat raakt iedereen. Ieder mens maakt daarin keuzes en dat vraagt om persoonlijk leiderschap.”
Schrijft u over leiderschap of meer over dienen en met elkaar omgaan?
„Het gaat in essentie om beide. Tegelijk is het zo dat leidinggevenden een voorbeeldfunctie hebben, en daarop ligt het accent in dit boek. Leidinggevenden hebben invloed op anderen en kunnen door daden en woorden echt een verschil maken.”
Wat voor leidinggevende bent u zelf?
„Ik vind het in ieder geval belangrijk om open en goed contact te hebben met anderen. In een open gesprek kun je nabij zijn. Dat geldt ook als je van mening verschilt of als er een probleem op te lossen is. In onze gebroken wereld ligt het misverstaan en (ver)oordelen van elkaar op de loer. Dat we sinds de zondeval uit de relatie met God en de medemens gestapt zijn heffen we nooit op, maar onder Gods zeggen kunnen we wel een weg van herstel en verbetering vinden. Leidinggevenden staan onder gezag van de Gezagsdrager. Als gezag tot ontzag voor de Schepper leidt, zijn anderen daar goed mee af.”