In het souterrain van de St Andrew’s kerk in het hartje van Toronto is een ruimte ingericht met uniformen, wapens, foto’s en andere memorabilia van de Highlanders, waarvan de Britse koningin Elizabeth erekolonel is. Zij heeft twintig jaar geleden ook het minimuseum geopend.

Prinses Margriet was blij juist dit museum te bezoeken vanwege de connectie van de Highlanders met haar eigen woonplaats Apeldoorn. „Ik heb hier wat geleerd over de geschiedenis”, zei ze na afloop van de rondleiding. Ook vond er een ontmoeting plaats met een aantal veteranen. Toen één van hen wilde opstaan voor de prinses, vermaande ze hem. „Nee, ik sta op voor u”, zei ze uit respect voor zijn bijdrage in de Tweede Wereldoorlog.

Aansluitend maakte het Nederlands gezelschap een korte wandeling over King’s Street naar het Canoe-restaurant op de 54e verdieping van een wolkenkrabber. Met zicht op het Ontariomeer hadden Margriet en Pieter een zakenlunch met Nederlandse ondernemers, vertegenwoordigers van bedrijven als KPMG en Heineken. Gespreksthema was zakendoen in Canada en met Canadezen, en hoe de economische betrekkingen tussen Nederland en Margriets geboorteland te verbeteren en verbreden.

Na de lunch maken de prinses en haar man zich op voor de terugreis naar Nederland.