Het andere kasteel, aan de voet van het stadje, heet het Untere Schloss. Het staat aan het marktplein. In het midden van de kasteel bevindt zich een grote smeedijzeren deur. Eenmaal in de maand en bij rondleidingen gaat deze deur open voor het publiek. Dan kun je de grafkelder van verschillende voorouderlijke Nassaus bezoeken. Iets wat in Delft uitgesloten is.

Niet dat er heel veel te zien valt in deze kelder, maar intrigerend is het wel. Er zijn verschillende nissen waarin in loden kisten de doden rusten. In de grafkelder staat ook een lege grafkist, als het ware om de bezoeker ervan te overtuigen dat het hier echt om graven gaat. Op de ijzeren trap naar de kelder staat op elke trede de naam Nassau vermeld.

De belangrijkste onder degenen die hier zijn begraven, is de al genoemde Johan Maurits de, bouwer van het Mauritshuis in Den Haag. Hij is net als Willem van Oranje –zijn oudoom– in Dillenburg geboren.

De bekende straat Unter den Linden in Berlijn dankt in zekere zin zijn bestaan aan deze Maurits. Hij liet namelijk in Kleef, waar hij zijn residentie had, 600 lindebomen planten. Die bestelde hij in Nederland en ze werden geplant in een kaarsrechte lijn. Die Nassauerallee is nog steeds te bewonderen. Deze lindelaan maakte zo veel indruk dat de stad Berlijn ook zoiets wilde. Dat werd het uiteindelijke Unter den Linden.

Midden in Siegen bevindt zich de Nikolaikerk. Boven op de toren staat een kroon, een cadeau van Johan Maurits. Deze kroon prijkt nu in het stadswapen van Siegen.

Ook heeft de kerk een zilveren doopschaal uit 1600 in bezit. Deze schaal wordt nog steeds gebruikt.

Dit is de twaalfde aflevering in een fotoserie over de Oranjeroute in Duitsland, die we volgen van oost naar west. Maandag deel 13. www.oranjeroute.nl