Studieschuld terugbetalen groeiend probleem
Bijna 100.000 oud-studenten kunnen hun studieschuld niet volledig terugbetalen. Hun inkomen is te laag om aan de maandelijkse verplichting te voldoen. Dat blijkt uit cijfers die Trouw heeft opgevraagd bij de Dienst Uitvoering Onderwijs (DUO). In 2015 ging het om 13 procent van de terugbetalers, zo’n 90.000 mensen. In 2016 nadert dat de 100.000, de precieze cijfers zijn nog niet bekend.
Oud-studenten moeten in vijftien jaar hun studieschuld terugbetalen. Als dat niet lukt door een te laag inkomen, wordt na vijftien jaar de schuld kwijtgescholden. Volgens DUO lenen studenten de laatste jaren steeds hogere bedragen en is de inkomenspositie van de oud-studenten door de recente economische crisis verslechterd.
Ook kijkt de DUO sinds 2012 bij elke aflosser hoeveel hij per maand kan terugbetalen. Voorheen, toen aflossers zo’n draagkrachtmeting zelf moesten aanvragen, betaalden ze nog weleens meer dan ze eigenlijk konden dragen.
Door de afschaffing van de basisbeurs steken huidige studenten zich nog verder in de schulden, maar zij lossen nog niet af en komen dus niet voor in de DUO-cijfers. Het ministerie van Onderwijs wijst erop dat afgestudeerde leenstelselstudenten een kleiner deel van hun inkomen moeten afstaan en veel langer over het afbetalen van hun lening mogen doen.
Het Interstedelijk Studenten Overleg (ISO) houdt vol dat de „verklaarbare, maar ook zeer zorgelijke” problemen toch aan de afschaffing van de basisbeurs zijn te wijten. „Dit kan weer op de torenhoge stapel van negatieve gevolgen van het leenstelsel. Studeren wordt elk jaar duurder, waardoor studenten op kosten gejaagd worden. Nu blijkt dat die zogenaamd gunstige leenvoorwaarden voor een hele grote groep alsnog te hoog gegrepen zijn”, zegt Jan Sinnige, voorzitter van het ISO.