De 57-jarige Willem Jan S. uit Wervershoof (Noord-Holland) was de bewuste avond met zijn echtgenote naar de dorpskermis geweest en zo dronken geraakt, dat hij haar stijf schold op het moment dat hij onderweg naar huis viel en zij hem overeind wilde helpen. Toen zij hem daarop alleen achterliet, sloegen bij de man alle stoppen door.

Nadat hij zwalkend de weg terug naar huis had gevonden keek hij waar zijn vrouw was, pakte hij een fles terpentine, besprenkelde zowel haar als het bed waarin zij lag te slapen en stak het aan. Vervolgens liep hij weg.

Hoewel de rechtbank sprak van „een van de gruwelijkste vormen van mishandeling die er zijn”, viel de straf een jaar lager uit dan de eis. Volgens de strafkamer handelde de verminderd toerekeningsvatbare S. in zijn boosheid en dronkenschap in een opwelling. De aanklaagster betoogde twee weken geleden juist dat hij ondanks zijn woede en dronkenschap planmatig te werk was gegaan.

De vrouw liep tweede- en derdegraadsbrandwonden op. Een deel van haar littekens is blijvend. Dat haar letsel relatief beperkt bleef, kwam door koelbloedig optreden van de zoon. Hij schrok wakker van haar geschreeuw. Toen hij de vlammen letterlijk van haar gezicht zag slaan, rukte hij een gordijn van de muur om ze te doven, goot hij een flesje water over haar hoofd en zette hij haar onder de douche. Daarna sloeg hij alarm.

De vrouw is van S. gescheiden. Ze heeft geen aangifte gedaan en geen smartengeld geëist.