Het OM vroeg de rechtbank twee weken geleden de voorwaardelijke invrijheidstelling van De R. (35) te schrappen. De Haarlemse Angels-president werd eind april vorig jaar veroordeeld tot dertig maanden cel vanwege verboden wapenbezit en mishandeling en zou afgelopen februari onder elektronisch toezicht naar huis hebben gemogen.

Twee weken daarvoor werd hij in zijn cel echter aangehouden vanwege een reeks nieuwe verdenkingen. Dat gebeurde tijdens een grote actie waarbij het volledige Haarlemse chapter van de Hells Angels werd opgepakt.

Sindsdien zit De R. daarvoor formeel in voorlopige hechtenis en is het uitzitten van zijn oude straf - hij heeft nog 14,5 maanden te gaan, waarvan de eerste 4,5 maand met enkelband zouden zijn geweest - automatisch opgeschort.

Volgens het OM is sprake van „nieuwe, ernstige verdenkingen” tegen De R. Zijn advocaat Remco Kint vroeg de rechtbank twee weken geleden de eis van het OM juist af te wijzen, omdat nog allerminst duidelijk is of de nieuwe beschuldigingen aan het adres van zijn cliënt hout snijden. Totdat die duidelijkheid er is, mag het belang van De R. „niet onherstelbaar worden beschadigd”, aldus Kint.

De rechtbank wil nu eerst meer informatie over de aard en omvang van de nieuwe beschuldigingen. Het onderzoek daarnaar loopt nog. Begin mei staan De R. en acht mede-Angels in de nieuwe zaak voor het eerst voor de rechter. Van de negen opgepakte leden van de motorclub zitten er nog vijf vast.