1 Een flesje mineraalwater kopen en de verpakking na eenmalig gebruik weggooien, dat klinkt niet erg duurzaam. Toch is dat te simpel geredeneerd. Het materiaal van een PET-fles die apart wordt ingezameld, krijgt een tweede leven. Voor het milieu is het vooral jammer dat een groot deel van de flesjes in een gewone prullenbak wordt gegooid en bij het restafval terechtkomt. Of –nog erger– als zwerfvuil aan de kant van de weg of in de oceaan belandt.

2 Fabrikanten proberen het milieuprobleem te verkleinen door lichtere en slimmere flesjes te produceren. Eind vorig jaar lanceerde Coca-Cola de ‘twist’ voor zijn Abbey Well Spring Water, een flesje dat 30 procent minder plastic bevat. Daarnaast is het in een handomdraai te verfrommelen tot een fractie van het oorspronkelijke formaat. Dat moet de gebruiker stimuleren om het flesje in tas of jaszak mee naar huis te nemen en daar weg te gooien.

3 Er zijn nogal wat zuinige Nederlanders die wegwerpflesjes thuis opnieuw vullen. Dat gaat een poos goed, maar dan er wordt aan de binnenkant van het plastic een troebel laagje micro-organismen zichtbaar. Ziek word je er niet van, maar smakelijk is anders. Schoonmaken valt met zo’n smalle flessenhals niet mee. Ook duurzame waterflessen voor dagelijks gebruik kennen dat probleem, al is de hals wel wat breder. De Dopper –die je in drie delen uiteen kunt schroeven– vormt hierop een uitzondering. Alle hoeken en gaten kun je met een gewone afwasborstel bereiken.