De predikant in Amsterdam-Zuidoost en voorzitter van de Pentecoastel Council of Churches Amsterdam sprak zaterdag op de Landelijke diakenendag van de Christelijke Gereformeerde Kerken (CGK), Gereformeerde Kerken Vrijgemaakt (GKV) en Nederlands Gereformeerde Kerken (NGK). De bijeenkomst werd gehouden in de christelijke gereformeerde Bethelkerk te Veenendaal. Een aantal workshops vond plaats in de Adventkerk van de gereformeerde gemeente. Het aantal bezoekers overtrof met 400 het aantal van vorig jaar ver (250). Het thema was ”B(l)oeiend diaconaat”.

Toen ds. Alagbe vroeg wie fulltime bezig is voor de kerk, gingen er minder dan tien vingers omhoog. De predikant was verbaasd. „We werken allemaal fulltime in de kerk. Er zijn geen vrijwilligers in het Koninkrijk van God. We zijn de hele dag in dienst van God.”

Een tweede punt dat hij maakte, was voor wie diakenen hun werk doen. „Je doet je werk niet voor anderen, maar om God te dienen. Niet om indruk te maken en ook niet voor een beloning van mensen. De beloning komt van God. Mensen kunnen je prijzen en daarna kruisigen.”

Volgens ds. Alagbe behoren alle kerkleden de handen uit de mouwen te steken en niet alleen de diakenen. „Iedereen verwacht dat de diakenen het werk doen. Velen van hen zijn overwerkt. We zijn allemaal professionals in Gods koninkrijk en we zijn allemaal geroepen om God te dienen.” Om de hoop vast te houden, gaf hij de diakenen een viertal hoopgevende Bijbelteksten mee.

Uitdelen

Erjan van der Linde, per 1 april opvolger van Gé Drayer als secretaris diaconaat van de CGK, ging in zijn toespraak ook in op het vele werk dat er ligt voor de diakenen. Naar aanleiding van de verkiezing van de diakenen in Handelingen 7 wees hij op hun taak. „Het voedsel werd uitgedeeld door anderen. De diakenen waren er voor het overzicht, voor het toerusten en om te kijken waar de gaten vielen.”

Dienstbaarheid geeft hoop volgens Van der Linde. „Mensen zoeken in deze wereld naar hoop. Politici worden tegenwoordig beoordeeld of ze hoop geven. Diakenen mogen hoop uitdelen. Als je dienstbaar bent, reik je de hoop uit en deel je er zelf ook in. Je bent verbonden met Jezus en met elkaar.”

Tijd

De derde spreker tijdens het plenaire programma was ds. Jeannette Westerkamp, predikant in de gesloten jeugdzorg. Ze zei dat het grote probleem van deze tijd in ons land niet het geld is, maar de tijd. Ze citeerde Spreuken 30:8, waar het gaat over het vrij zijn van armoede en rijkdom en het gevoed worden met het „brood mijns bescheiden deels.”

Juist die Bijbeltekst kwam ook aan de orde tijdens de workshop over signaleren van Jeanette de Waard. De diaconaal werker is betrokken bij Hoop voor Noord, een multiculturele gemeente in Amsterdam-Noord. Ze is tevens verbonden aan De Gulden Middenweg, die zich baseert op Spreuken 30:8. De Waard: „Het is een netwerk van mensen die naar elkaar luisteren en met elkaar hun huishoudboekjes op orde willen brengen en houden.”

De Waard vertelde dat ze nu minder dingen in de kerk doet en meer daarbuiten. Nu zit ze in het bestuur van het buurtcentrum en komt ze in contact met allerlei mensen. „Ga relaties aan. Durf en doe”, is haar advies.

Risma, Barend en Lenie waren meegekomen om haar verhaal te ondersteunen. Risma: „Er waren mensen die naar me luisterden. Ze namen me zoals ik was. Dat heeft me toch zo goed gedaan.” Lenie: „Ik heb een nieuw bestaan dankzij De Gulden Middenweg.” Ze gaat mee naar de kerk en hoort er helemaal bij.