Recensie: Govert Jan Bach over betekenis Luther voor Bach
Johann Sebastian Bach is ondenkbaar zonder Maarten Luther. Dat is de centrale stelling in het nieuwste luisterboek van theoloog en psycholoog Govert Jan Bach, die zegt een nazaat van de componist te zijn.
Overigens kwam dit thema ook al aan de orde in het vorige luisterboek van de auteur, over Bachs Weihnachtsoratorium. Nu, in het Reformatiejaar, vraagt de publicist terecht opnieuw aandacht voor dit belangrijke gegeven.
De eerste cd van deze uitgave is gewijd aan het leven van Luther, met name diens betekenis voor de kerkmuziek in de lutherse traditie; de tweede cd behandelt het leven van Bach voorzover Luther daarin voorkomt, waarbij het met name om diens koralen gaat. Steeds wordt het verhaal geïllustreerd met de mooiste muziek in topuitvoeringen van dirigenten als Herreweghe, Jacobs, Meunier, McCreesh en Gardiner. Daarnaast zijn twee cd’s toegevoegd met de kleine missen van Bach (BWV 233-236), in een oude uitvoering van Herreweghe. Wat daar de functie van is, wordt niet helemaal duidelijk. In deze Latijnse teksten is Luther maar sporadisch aanwezig, zegt de auteur zelf.
Over het algemeen is Govert Jan Bach een goede gids als hij vertelt over Luther en Bach. Terecht benadrukt hij bijvoorbeeld keer op keer dat Bach een gelovige orthodoxe lutheraan was, die niet alleen om den brode met geestelijke muziek bezig was. Als belangrijk bewijs ziet de auteur daarvoor de Calov-Bijbel die Bach in bezit had en waarin hij allerlei aantekeningen maakte. Een paar keer slaat Bach de plank mis. Bijvoorbeeld als hij stelt dat Luther de transsubstantiatieleer van Rome „volledig intact” liet; van de leer van de consubstantiatie lijkt de auteur niet gehoord te hebben. Het gaat ook mis als Bach vertelt dat Calvijn alleen het zingen van psalmen toestond, „die uitsluitend op lange noten gezongen mochten worden.”
Verder valt op dat de auteur de neiging heeft geloofszaken psychologisch te duiden. Luther en Bach hebben een pessimistisch mensbeeld. Het sola fide betekent: weten aanvaard te zijn. Het piëtisme, waar Bach door beïnvloed was, was ik-gericht. Luther had een voorkeur voor de Jezusfiguur in het Johannesevangelie, waar Deze de onverschrokken held is, maar tegelijk ook de ”gelassenheit” (berusting) voorleeft. Het Jezusbeeld in de Matthäus Passion, waarin de toon subjectiever is, past daarentegen bij het piëtisme. De wroeging waarvan de beroemde aria ”Buss und Reu” uit de Matthäus spreekt, is middeleeuws en betekent de „vernietiging van het ego”, aldus Bach.
Deze kanttekeningen nemen niet weg dat er veel valt te leren van dit luisterboek. En veel te genieten. Bijvoorbeeld cantate BWV 4 (”Christ lag in Todesbanden”), waarbij de auteur op de tweede cd maar liefst twintig minuten blijft stilstaan…
Boekgegevens
Govert Jan Bach over Maarten Luther en Johann Sebastian Bach. Twee grensverleggers. Een hoorcollege vol muziekfragmenten; uitg. Rubinstein, Amsterdam, 2017; ISBN 9789047622970; 54 blz.; + 4 cd’s; € 24,99