Leren omgaan met woede van hooggevoelig kind
Het ene moment leven ze bijzonder mee met een verdrietig vriendje, het andere moment barsten ze uit in extreme woede. Hoogsensitieve kinderen zijn extra gevoelig voor prikkels en verwerken die intens.
Esther Bergsma (44) is hoogsensitief en moeder van twee hooggevoelige pubers. In haar praktijk voor coaching en counseling in Assen specialiseerde ze zich in burn-out en hooggevoeligheid (zie ”Hoogsensitief in het kort”). Over het laatste schreef ze het boek ”Hoogsensitieve kinderen. Praktische leidraad voor ouders en professionals”. Het is mede gebaseerd op eigen onderzoek onder ruim 700 ouders van hooggevoelige kinderen en 2000 volwassen hoogsensitieve personen (HSP).
Hoe komt een ouder erachter dat zijn kind hooggevoelig is?
„Ouders merken dat hun kind anders reageert dan leeftijdgenootjes. Soms valt dat al op als het nog een baby is: hij blijkt alerter dan andere baby’s, kijkt je meer aan, huilt veel. Anderen zien dat hun kind op de peuterleeftijd opstandiger is dan gemiddeld. Later gaat het niet zo lekker op school, zonder dat altijd meteen duidelijk is waardoor dit komt. Veel leerkrachten kennen hooggevoeligheid niet en denken eerder aan autisme of ADHD.”
Waarin verschilt hooggevoeligheid van autisme en ADHD?
„Hoogsensitiviteit is geen stoornis maar een eigenschap. Een belangrijk verschil in de symptomen is dat HSP een groot inlevingsvermogen hebben, terwijl degenen met een autistische stoornis zich niet goed in een ander kunnen verplaatsen. Een hoogsensitief kind is zorgzaam als hij merkt dat vader of moeder niet lekker in z’n vel zit en doet z’n best een verdrietig vriendje of vriendinnetje op te vrolijken. Een HSP wil dat iedereen zich goed voelt.
En terwijl impulsiviteit een kenmerk is van ADHD zijn hoogsensitieve kinderen juist bedachtzaam. Ze denken goed na en wegen informatie goed af om zich ergens een oordeel over vormen.”
Welke impact heeft hooggevoeligheid op het leven van een kind?
„Op school bijvoorbeeld komen veel prikkels op hem af. Het kost een hoogsensitief kind tijd en energie om die te verwerken. Tegelijk vraagt hij zich sterk af wat er van hem wordt verwacht, hoe hij dingen moet doen. Deze kinderen komen vaak uitgeput uit school en reageren zich dan soms thuis af, wat kan leiden tot woedeaanvallen.
Omdat ze dingen heel goed willen doen, hebben ze meer dan eens last van faalangst. Ze gaan taken uit de weg. De juf of meester kan daardoor het idee krijgen dat ze iets niet kunnen, terwijl dit niet zo hoeft te zijn. Dan kan er een negatieve spiraal ontstaan. Kinderen gaan onderpresteren, waardoor hun gevoel van eigenwaarde –dat vaak al laag is– afneemt.
Ook hebben ze meer dan anderen tijd nodig om te functioneren in een onbekende situatie. Stel dat je met kinderen naar een nieuwe speeltuin gaat. De meesten rennen meteen op een speeltoestel af, maar een hooggevoelig kind zal de omgeving eerst vanaf een afstand goed in zich opnemen. Dit leidt soms tot frustratie bij de ouders, die zeggen: „Ga nou spelen!” Hoogsensitieve kinderen proberen ook minder snel nieuwe hobby’s uit.”
Is hooggevoeligheid vooral lastig, of zitten er ook positieve kanten aan?
„Deze eigenschap heeft zeker positieve kanten, zoals opmerkzaam zijn op anderen en zorgzaamheid. Ook gaat ze vaak gepaard met veel creativiteit. Een intensieve gevoelswereld kan positief zijn op het gebied van geloven of bij het genieten van kunst en cultuur. Uit dat laatste kunnen mensen veel voldoening halen.”
Wat vinden ouders het lastigste als hun kind hooggevoelig is?
„De woedeaanvallen. Dat is vaak een belangrijke reden dat ouders bij mij komen. Ze hebben het idee dat hun kind om niks boos wordt, waarbij dit wel een halfuur of een uur kan duren. Het is belangrijk te beseffen dat het vaak een reactie is op wat het bijvoorbeeld op school heeft meegemaakt. De ontlading komt thuis, in een veilige omgeving. Voor ouders is dat heel heftig. Soms zijn ze de wanhoop nabij.”
Wat adviseert u hen in zo’n situatie?
„Bij een woedeaanval is het belangrijk te beseffen dat het kind er op dat moment niets bij kan hebben. Het dringt niet door als een ouder iets sussends of strengs zegt. Ik help opvoeders om signalen van opkomende boosheid tijdig te onderkennen, zodat ze er eerder op kunnen inspelen. Dit begint met begrip tonen: „Ik snap dat het nu allemaal even te veel voor je is.”
Zo krijgt het kind het idee dat het er mag zijn. Dat kan helpen om de emotie te laten wegvloeien, waarna je het gesprek kunt aangaan: „Ik begrijp dat je boos bent, maar je broertje schoppen mag gewoon niet. Als je weer zo boos wordt, kun je het beter tegen mij zeggen of even buiten gaan schommelen.” Zo kun je een kind helpen boosheid en verdriet op een geaccepteerde manier te uiten. In de praktijk werkt dat vaak goed.”
In hoeverre valt overprikkeling te voorkomen?
„Je kunt een weekplanning maken waarin prikkels waarvoor een kind extra gevoelig is niet te dicht op elkaar zitten. Denk aan het spreiden van clubactiviteiten of het begrenzen van het gebruik van Facebook of WhatsApp. Als een kind erg gevoelig is voor emotionele prikkels, kun je het leren dat het niet iedereen hoeft te helpen en dat het goed is ook tijd voor zichzelf te hebben.
Een ouder kan eraan gehecht zijn om na schooltijd samen thee te drinken. Bij een hooggevoelig kind is het misschien beter het eerst even op z’n kamer te laten zitten of een boekje te laten lezen, zodat het tot rust komt. En het theemoment daarna te hebben.”
Zouden scholen prikkelarme klassen moeten hebben?
„Dat gaat te ver. Het is niet reëel om de inrichting van een lokaal erop af te stemmen dat in een klas van dertig leerlingen gemiddeld zes HSP zijn. We kunnen die laatsten beter klaarstomen om in deze maatschappij te functioneren, leren omgaan met alles wat er op hen afkomt. Soms is het wel verstandig dat een kind even een koptelefoon op heeft om bij een opdracht niet te veel te worden afgeleid.”
Wat is de grootste valkuil in de omgang met een hoogsensitief kind?
„Vooral hoogsensitieve kinderen die introvert zijn, worden vaak onvoldoende serieus genomen. Mensen concluderen soms al snel dat ze niets te zeggen hebben. Houd er rekening mee dat ze tijd nodig hebben om in een gezelschap of nieuwe omgeving te wennen. Als je hun die tijd geeft, kun je daarna een heel leuk gesprek met hen hebben.”
Coach leert mensen omgaan met overprikkeling
Mensen die hooggevoelig zijn leren omgaan met overprikkeling. Dat is het specialisme waarmee coach Fred de Bree (43) zich in zijn praktijk De Bree Vitaal in Voorthuizen bezighoudt. In september startte hij de besloten Facebookgroep Hooggevoelig & Christen, die inmiddels ruim 250 leden telt.
Rond zijn 25e dreigde De Bree, voorheen activiteitenbegeleider van mensen met een beperking of een psychiatrische achtergrond, burn-out te raken. Pas later ontdekte hij dat dit mede werd veroorzaakt doordat hij een hoogsensitief persoon (HSP) is. „Dit verschijnsel is pas sinds de jaren negentig bekend en sinds afgelopen jaar wetenschappelijk bewezen. Mensen die hooggevoelig zijn voelen meer dan een ander aan wanneer iemand bijvoorbeeld gestrest is en hebben de neiging snel voor een ander te gaan zorgen.”
Inmiddels heeft hij bijna tien jaar een praktijk voor coaching, met hooggevoeligheid als speciaal aandachtsgebied. Over dit thema publiceert hij regelmatig blogs op zijn website. De Bree, lid van de PKN-gemeente (gereformeerd) in Voorthuizen, begeleidt veel christenen. „Ik merk dat zij soms specifieke vragen hebben, vooral omdat hooggevoeligheid soms in verband wordt gebracht met spirituele of bovennatuurlijke zaken. Ze vragen zich af of ze wel normaal zijn, mede doordat ze soms heel sterk aanvoelen hoe iemand anders zich voelt. Dat roept de vraag op of dit iets spiritueels is en of dat dan verkeerd is. Ik laat hun zien dat God iedereen zintuigen heeft gegeven en dat die bij hoogsensitieve mensen sterker zijn. We hebben allemaal een filter in ons hoofd. Bij HSP zijn de gaten groter, waardoor zaken harder binnenkomen en de verwerking langer duurt. Dat is geen verkeerde eigenschap, maar je moet er wel mee leren omgaan.”
De Bree weet dat er verhalen zijn van HSP die bijvoorbeeld zeggen dat ze geesten hebben gezien. „Vooral bij kinderen hoor je dat weleens. In mijn praktijk richt ik me op jongeren en volwassenen en heb ik daar niet mee te maken. Ook ben ik hierin niet gespecialiseerd. Ik richt me erop mensen in acht sessies te leren omgaan met overprikkeling en rust te creëren in hun hoofd.”
Een algemene Facebookpagina die De Bree opzette voor HSP trok beperkte belangstelling. De pagina Hooggevoelig & Christen daarentegen blijkt in een behoefte te voorzien. „Leden van de groep vinden het fijn ervaringen met christenen uit te wisselen, vinden herkenning bij elkaar. Ik volg de gesprekken vanaf de zijlijn en geef soms wat tips. Als een discussie een negatieve kant op gaat, probeer ik er iets positiefs tegenover te zetten.”
Hoogsensitief in het kort
Hooggevoeligheid of hoogsensitiviteit is een aangeboren eigenschap. In haar boek ”Hoogsensitieve kinderen” (uitg. Booklight, 2016) schrijft Esther Bergsma dat ongeveer 20 procent van de mensen –even veel mannen als vrouwen– deze heeft. Van hen is een relatief groot deel –70 procent– introvert.
Hoogsensitieve personen (HSP) zijn gevoelig voor vier soorten prikkels en verwerken die intens. Het betreft fysieke prikkels, bijvoorbeeld harde geluiden, fel licht en irritaties op de huid, zoals kledingsmerkjes; emoties (onder meer stemmingen en leed van anderen, sfeer); nieuwe situaties (eerst observeren, dan pas meedoen; veranderingen in interieur of uiterlijk opmerken); sociale situaties (moeten wennen aan bezoek, niet in het middelpunt van de belangstelling willen staan).
Een derde van de hoogsensitieve kinderen is, schrijft Bergsma, „spiritueel gevoelig.” Een deel van hen zou „geesten” kunnen zien. De auteur en coach– „Ik ben christelijk opgevoed”– zegt daar „nuchter en praktisch” mee om te gaan. „Als een kind erover begint, moet je dat serieus nemen, anders voelt het zich afgewezen. Maar ik ben niet gespecialiseerd op dit terrein en richt me op de praktische kanten van hooggevoeligheid, thuis en op school.”
Spirituele invloeden
Hoogsensitieve personen (HSP) staan meer dan gemiddeld open voor spirituele invloeden, stelt dr. Hans Bakker, lector aan de Christelijke Hogeschool Ede (CHE). „Als een kind aura’s ziet of contact heeft met een overledene, is er maar één remedie: bevrijdingspastoraat. Zo’n kind is occult belast en moet bevrijd worden.”
In de pabocolleges pedagogiek besteedt Bakker aandacht aan HSP. Hij spreekt geregeld studenten die hiermee te maken hebben. Het valt hem op dat vooral vrouwen merken dat ze openstaan voor spirituele invloeden. Dit hangt ermee samen dat hun rechterhersenhelft, waar de gevoelsontwikkeling plaatsvindt, sterk is ontwikkeld, verklaart Bakker. „Als je niet door de Heilige Geest wordt beschermd, kun je daarmee de verkeerde kant op gaan. Gebed is daarom heel belangrijk. Een hoogsensitieve student die aura’s zag is met haar Bijbelstudiegroep gaan bidden. God heeft deze invloed van de boze van haar afgenomen.”
In het onderwijs is veel onbekendheid met HSP, merkt de pedagoog. „Hooggevoeligheid wordt vaak niet onderkend of ten onrechte aangezien voor autisme.” Hij begeleidde ooit een christelijke basisschool waar een hooggevoelige leerlinge „boodschappen” kreeg van haar overleden opa. „Het ging vooral om opdrachten iets voor een ander te doen. De school vond dat heel eng en wist niet hoe ze ermee moest omgaan. In zo’n situatie adviseer ik altijd kinderpastoraat in te schakelen. De Heere God is de enige Die ons kan verlossen van de boze en beschermen tegen zijn invloeden.”