Chipbedrijf Besi uitblinker op Damrak
Toeleverancier aan de chipindustrie Besi was donderdag de grote winnaar op de beurs in Amsterdam. Beleggers reageerden buitengewoon positief op de cijfers en vooruitzichten die Besi naar buiten bracht. Verder toonden de graadmeters in Europa een licht negatief beeld.
De AEX-index aan het Damrak eindigde met een min van 0,3 procent op 497,63 punten. De MidKap met daarin Besi steeg 0,5 procent tot 730,20 punten. De beurzen in Parijs, Londen en Frankfurt zakten tot 0,4 procent.
Besi was met afstand de sterkste stijger bij de middelgrote fondsen op Beursplein 5, met een winst van 9,9 procent. De nieuwe orders tot nu toe in het eerste kwartaal overtreffen die van de voorgaande periode „aanzienlijk”. Volgens het bedrijf valt de omzet naar verwachting in het eerste kwartaal 15 tot 20 procent hoger uit dan in het vierde kwartaal. Analisten gaven aan dat de cijfers veel beter waren dan gedacht.
Informatieleverancier RELX, die ook de boeken opende, won 1 procent in de AEX. Het bedrijf kondigde aan dat in 2016 meer winst en omzet is geboekt en dat het dividend wordt verhoogd. Voor dit jaar wordt op een verdere stijging van de resultaten gerekend. Ook branchegenoot Wolters Kluwer deed het goed. Die was met een plus van 1,1 procent lijstaanvoerder in de hoofdindex.
Financiële fondsen waren beduidend minder in trek. Verzekeraar Aegon (min 2,7 procent) stond onderaan in de AEX. Ook NN Group, ABN AMRO en ING behoorden tot de verliezers. Delta Lloyd, de overnameprooi van NN, steeg licht in de MidKap.
Elders in Europa waren er eveneens veel bedrijven die met cijfers kwamen. Zo leverde autoconcern PSA Peugeot Citroën, dat Opel wil overnemen, in Parijs bijna 2 procent in, ondanks een zeer sterke winstgroei. In Londen won mijnbouwer en grondstoffenhandelaar Glencore juist een kleine 2 procent, na een hogere winst en fors lagere schuld in 2016. De Britse bank Barclays eindigde na publicatie van de jaarcijfers op een verlies van bijna 3 procent.
De euro was 1,0585 dollar waard, tegen 1,0541 dollar bij het slot in Europa een dag eerder. De prijs van een vat Amerikaanse olie klom 1,3 procent tot 54,27 dollar en Brent won 1,1 procent, bij 56,44 dollar per vat.