Muziek

Jan-Geert Heuvelman wil talent uitdagen om te groeien

Hij staat aan de basis van een nieuwe koorschool in Rijssen. Musicus Jan-Geert Heuvelman: „Ik wil mensen met talent uitdagen om te groeien.”

Jan-Kees Karels
13 February 2017 16:47Gewijzigd op 16 November 2020 09:48
Jan-Geert Heuvelman. beeld Sjaak Verboom
Jan-Geert Heuvelman. beeld Sjaak Verboom

Beiaardier in Lochem, organist in Rijssen, muziekdocent op het Van Lodenstein College in Amersfoort. En actief als dirigent. Jan-Geert Heuvelman schaakt op diverse borden. Een nieuwe loot aan de stam is de koorschool die in december in Rijssen werd opgericht. Heuvelman heeft in zijn woonplaats Rijssen al een vocaal ensemble, met de koorschool wil hij nu ook kinderen professioneel begeleiden.

1. Ik geef graag muziekles in het voortgezet onderwijs.

„Eens. Het rare is dat ik het onderwijs in ben gerold, als het ware. Ik studeerde aan het conservatorium en zag dat het Van Lodenstein College een muziekdocent zocht. Toen ben ik les gaan geven en ik vind het echt heel leuk. In Amersfoort mocht ik de muziek in de bovenbouw vormgeven. Dat was een mooi moment: het gaf ruimte om het muziekvak naar eigen smaak in te richten. Sindsdien is muziek een examenvak geworden. In de onderbouw geef ik ook les aan twee klassen, maar in de bovenbouw kun je toch meer op niveau werken, bijvoorbeeld als het gaat om componeren of concerten voorbereiden.”

2. Een scratch-uitvoering van de Messiah van Händel is voor mij een feest.

„Dat is absoluut zo. Ik heb voor het tiende jaar de Messiah ingestudeerd met leerlingen. Dit jaar heb ik het stuk voor het eerst zelf gedirigeerd. Het instuderen van de Messiah is een onderdeel van ons curriculum op school. In klas 4 havo en 5 vwo gaan we één uur per week met dit werk aan de slag. Thuis studeren de leerlingen hun eigen partij in en in de klas komt het bij elkaar. Je kunt veel muziektheorie koppelen aan zo’n stuk. Plus dat ik aan de leerlingen altijd het verband duidelijk maak tussen de tekst en de muziek. Ik vind Händel een grootmeester in het uitbeelden van teksten. Bij elke tekst weet hij weer iets origineels te vinden. Neem „All we like sheep have gone astray”: de schapen gaan allemaal hun eigen weggetje; het motief klinkt eerst een paar keer en wordt dan omgedraaid, dat soort slimme dingen. Als je daar niet op wijst, zien leerlingen het niet.”

3. De tegenstelling tussen populair en klassiek maak ik niet zo mee.

„Nee. Niet dat het me niet interesseert, maar ik vind dat je gewoon goed moet doen wat je doet. Ik doe wat ik zelf mooi vind, waar ik energie van krijg en waar ik voor wil gaan. En dat doe ik zo goed mogelijk. Dat vind ik ook mijn taak: zo wil ik muziek doorgeven aan mensen. Als een ander wat anders wil doen, ga ik geen moraalridder spelen. Ik vind wel dat ik een ander moet kunnen aanspreken op z’n kwaliteit. En daar valt nog wel wat te halen. Sommige mensen zijn gauw tevreden, dat vind ik weleens lastig. Vooral als je ziet dat er veel meer uit een muziekstuk valt te halen. Maar dat heeft niet zozeer te maken met de tegenstelling populair–klassiek. Als beiaardier kun je sowieso weinig met dat verschil. Je bent een volksmusicus. Ik kan wel zeggen: Ik speel alleen maar Bach vanaf de toren, maar de mensen op straat hebben niet om mijn muziek gevraagd. Ze krijgen het gewoon als cadeautje van de gemeente over zich heen. Bij een orgelconcert ligt dat anders. Daar komen mensen op af die ervoor kiezen. Dan mag je ook een programma neerzetten waar mensen zich voor moeten inspannen.”

4. Rijssen is de juiste plek voor een koorschool naar Engels voorbeeld.

„Eens. In Rijssen wordt veel gezongen, er zijn veel koren, er is echt een zangcultuur. Met de nieuwe koorschool wil ik daarop voortborduren. Er zijn veel goede jeugdkoren in Rijssen. Maar er is niet iets waar je met jonge mensen op hoog niveau kunt werken, zoals de Engelse koren dat doen. Ik wil mensen met talent uitdagen om te groeien. De koorschool is dus iets nieuws, een vergelijkbare school is er nog niet in Rijssen. De koorschool wordt echt een opleidingsschool. We beginnen met de cimbalistenklas, een klas waar cimbaaltjes als begeleidingsinstrument worden gebruikt om de kinderen toonvast te houden. Iedereen is hier welkom. Verder komt er een opleidingskoor, waar kinderen met muzikale ervaring welkom zijn. We repeteren één keer per week in koorverband. En één keer per week krijgen de kinderen in duo’s les van een zangpedagoog. In de derde plaats komt er een concertkoor, dat twee keer per week repeteert. En ook hier krijgen ze wekelijks zangles.”

5. Als professioneel musicus kun je in de zondagse gereformeerde eredienst je ei niet kwijt.

„Als je het met deze stelling eens bent, sta je op een verkeerde manier in de zondagse eredienst. Je moet de eredienst niet aangrijpen om je ei kwijt te kunnen, of om vernieuwende muziek uit te proberen. Daar is een dienst niet voor bedoeld. Natuurlijk: binnen de gegeven kaders moet je zo goed mogelijk musiceren. En voor een kerkdienst is niets te goed. Te goed spelen, daar geloof ik niet in, dat bestaat niet. Maar stel dat jouw ei is: ik wil vóór de dienst Bach spelen. En als ik dat niet mag, dan kan ik m’n ei niet kwijt. Dan ga je met de verkeerde insteek naar binnen. Je weet hoe een reformatorische dienst in elkaar steekt, en dat je meestal vóór de dienst geen Bach kunt spelen. Maar je kunt wel een koraalpartita improviseren. En ik vind dat je dat zo goed mogelijk moet doen.”

6. Improviseren hoort er voor mij helemaal bij.

„Ja. Als beiaardier improviseer ik sowieso een deel van het programma. Ik laat allerlei liedjes voorbijkomen – oude of meer hedendaagse. Dat zijn improvisaties. En in de eredienst is het superhandig als je kunt improviseren. Ik doe in de dienst niet anders. De Noorderkerk in Rijssen heeft een barokorgel. Mijn improvisaties sluiten aan bij dit instrument.”

7. Beiaard spelen op de toren is een eenzaam gebeuren.

„Voor mij is de stelling eerder: was een eenzaam gebeuren. Sinds de sociale media is dat veranderd. Ik kan me voorstellen dat mensen de beiaardier zien als een eenzame musicus. Aan de andere kant heb je een publiek dat ongekend groot is. Er zijn maar weinig musici die zo’n groot publiek hebben. Dus ik vind het helemaal niet zo’n eenzaam gebeuren. Alleen het lastige is: hoe maak ik verbinding met mijn publiek? Dat is de uitdaging die je als beiaardier aan moet gaan. Ik probeer actief te zijn in de media, in de krant, voor de plaatselijke radio of op televisie. Als ik de trommel versteek in Lochem (de automatische beiaard, JKK) gaat er een bericht naar de krant met de vraag: Jongens, wie heeft er nog leuke ideeën voor een melodietje? De melodie blijft er een halfjaar op staan, dus kom met je voorstellen. En dan nodig ik mensen uit om te komen kijken als ik ga versteken. Zo worden ze direct bij de beiaard betrokken en horen ze hun eigen melodietjes terug. Ik ga ook langs basisscholen in Lochem en geef gastlessen als beiaardier.”

8. Een website en sociale media zijn onontbeerlijk voor een musicus.

„Ja, volledig mee eens. Met name voor een beiaardier, omdat hij zo vaak alleen boven zit en onzichtbaar is voor veel mensen. Sociale media zijn uitgelezen middelen om te communiceren. Maar ook via de gemeente, lokale kranten of via TV Gelderland breng ik nieuws de wereld in. Onlangs heb ik de Messiah gedirigeerd. Ik vind het dan leuk als je op Facebook iets kunt laten horen aan mensen die er niet bij konden zijn.”

9. Angst voor popmuziek onder reformatorische opvoeders is overtrokken.

„Ik denk dat de angst reëel is, en ik vind dat je die serieus moet nemen. Maar ik geloof wel dat je door bewustwording de angst kunt omzetten naar een meer doordachte houding tegenover popmuziek. Mensen nemen heel snel aan dat popmuziek gevaarlijk is en niet door de beugel kan. Maar als je popmuziek niet goed doordenkt, kun je je oordeel erover ook niet communiceren naar de kinderen. In de bovenbouw gaf ik gisteren een les over Eminem, een rapper met wie je niets van doen wilt hebben. Maar ik onderbouw dat: waarom vind ik dat? Ik zeg dus niet meteen dat rap als zodanig fout is. En ik hoop dat jongeren met de argumenten die ik aandraag ook andere muziek zullen beoordelen, zodat ze een gezonde kritische houding ontwikkelen.”

10. Muziek is het één en al in mijn leven.

„Ik wil eigenlijk de stelling omdraaien: mijn leven is één en al muziek. Kijk, het één en al vind ik te veel. Er zijn meer dingen in het leven. Ik heb een gezin, en dat betekent ook veel voor mij. En we hebben het christelijk geloof. Als ik zou zeggen: één en al, zou het geloof erbuiten staan. En ik denk dat ik juist vanuit het christelijk geloof functioneer. Dus daarom denk ik dat de stelling andersom beter bij mij past.”

In Staccato reageren musici op tien stellingen. Volgende aflevering: zaterdag 11 maart.


Levensloop Jan-Geert Heuvelman

Jan-Geert Heuvelman (1984) studeerde hoofdvak orgel bij Reitze Smits aan het Utrechts Conservatorium. Daarnaast volgende hij de opleiding schoolmuziek aan het conservatorium ArtEZ te Zwolle.

In juni 2015 rondde hij zijn masterstudie beiaard aan de Nederlandse Beiaardschool af. Zijn docent daar was Frans Haagen. Diezelfde maand won hij de tweede prijs op het internationaal beiaardconcours te Goes. Als tweede hoofdvak volgde Heuvelman lessen koordirectie bij Rob Vermeulen.

Heuvelman is hoofdorganist van het Van Eekenorgel in de Noorderkerk van de gereformeerde gemeente te Rijssen.

Als beiaardier is hij de vaste bespeler van de Eijsboutsbeiaard in de Gudulatoren te Lochem, waar hij de wekelijkse bespelingen verzorgt. Ook geeft hij beiaardconcerten op diverse andere plaatsen in Nederland. Zo speelde hij onder meer tijdens het Festival Oude Muziek in Utrecht.

Heuvelman is docent muziek aan het Van Lodenstein College te Amersfoort. In die rol is hij verantwoordelijk voor diverse vocale en instrumentale ensembles op deze school. Sinds 2007 is Heuvelman als dirigent verbonden aan het Vocaal Ensemble Rijssen en vanaf 2011 leidt hij het jongerenkoor Sjaloom te Rijssen. Sinds 2013 is hij lid van de Cultuur Advies Raad in Rijssen. Heuvelman is gehuwd en heeft drie kinderen.

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer