Binnenland

„Een vrouw als huisarts? Dat kan best”

Meer dan de helft van het aantal huisartsen is intussen vrouw, zo bleek zaterdag uit onderzoek. „Hooguit bij jonge, mannelijke patiënten bespeur je soms enig ongemak.”

31 January 2017 15:23Gewijzigd op 16 November 2020 09:43
Een vrouwelijke huisarts; daar zijn bijna alle patiënten al lang aan gewend, denkt Jacoline de Groot, huisarts in Zuid-Beijerland. Zij nam de praktijk over van een klassieke dorpsdokter en kreeg uitsluitend positieve reacties. beeld Dirk Hol
Een vrouwelijke huisarts; daar zijn bijna alle patiënten al lang aan gewend, denkt Jacoline de Groot, huisarts in Zuid-Beijerland. Zij nam de praktijk over van een klassieke dorpsdokter en kreeg uitsluitend positieve reacties. beeld Dirk Hol

Een échte dorpspraktijk; zo omschrijft Jacoline de Groot (31) haar apotheekhoudende huisartsenpraktijk in Zuid-Beijerland het liefst. Jaren werd de praktijk gerund door dokter J. L. Plas. „Inderdaad, een wat oudere, fulltime werkende man. Heel cliché”, zegt De Groot lachend. „Ik kwam er als jonge vrouw voor in de plaats. Voor sommigen was dat misschien even wennen, toch waren alle reacties positief.”

Verbazen deden de warme reacties haar niet. „Vrouwen stellen zich van nature misschien net wat zorgzamer op dan mannen. Ook kan ik me voorstellen dat ze wat gevoelsmatiger te werk gaan, en meer ruimte laten voor emoties. Geen verkeerde eigenschappen als je huisarts bent.”

De man gaat, de vrouw komt; in het huisartsenvak is dat de trend. Toen onderzoeksinstituut Nivel in 1975 begon met een huisartsenregistratie bestond nog geen 5 procent van de beroepsgroep uit vrouwen. Momenteel is dat 52 procent.

De verklaring voor deze feminisering van het huisartsenvak? De Groot: „Na je basisopleiding beraad je je als student geneeskunde op het vervolg. Word je medisch specialist, of kies je voor de huisartsenopleiding? Ik kan me voorstellen dat een huisartsenpraktijk voor vrouwen aantrekkelijker is, zeker voor vrouwen met een gezin met kinderen. Je werkt zelfstandiger, en parttime werken is goed mogelijk. Beter dan in een ziekenhuis.”

De Groot draaide een jaar mee in het Ikazia Ziekenhuis in Rotterdam, als arts-assistent op de afdeling interne geneeskunde. Uiteindelijk raakte ze toch het meest gecharmeerd van het huisartsenvak. „Dat je wat gemakkelijker kunt parttimen, was voor mij niet doorslaggevend. Mijn voorganger zocht een opvolger en via via kwam ik onverwacht met hem in contact. Meteen sprak de aard van deze apotheekhoudende praktijk mij aan. Ik begeleid patiënten van de wieg tot het graf. In het huisartsenvak is de arts-patiëntrelatie vaak een langdurige. Daarnaast is mijn werk afwisselend. Het ene moment controleer je de longetjes van een kind dat maar blijft hoesten. Dan weer schrijf je een recept uit, of je doet een kleine chirurgische ingreep, zoals het verwijderen van een moedervlek.”

Ongeveer een op de zes mannen en een op de drie vrouwen vindt het plezierig om te kunnen kiezen tussen een vrouwelijke en een mannelijke huisarts, zo blijkt uit eerder onderzoek. „In mijn solopraktijk valt er weinig te kiezen”, reageert De Groot nuchter. Ze denkt dat de kwaal waar de patiënt mee komt mede bepaalt of hij of zij enige voorkeur heeft. „Ligt de vraag op het gynaecologische of verloskundige vlak, dan kun je je natuurlijk voorstellen dat vrouwen daar het liefste over praten met een vrouw.”

Dat de 2100 patiënten die in haar praktijk zijn ingeschreven zijn aangewezen op een vrouwelijke arts, zorgde nooit voor complicaties. „Hooguit bespeur je weleens wat schaamte bij jonge mannen, bijvoorbeeld wanneer ze met een urologische kwaal voor de dag moeten komen. Ik blijf dan gewoon in mijn professionele huisartsenrol, dan help je hen daar vanzelf overheen.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer