„En omdat de ongerechtigheid vermenigvuldigd zal worden, zo zal de liefde van velen verkouden.”

Waardoor anders komt het dat de liefde verkoudt dan door de zonden? Kunnen van een kwade boom goede vruchten komen? Moet niet die gruwelijke moeder een schadelijke dochter voortbrengen? Dat is de oorzaak dat de boosheid meer wordt. Paulus zegt (2 Timotheüs 3:1-4): „En weet dit, dat in de laatste dagen ontstaan zullen zware tijden. Want de mensen zullen zijn liefhebbers van zichzelven, geldgierig, laatdunkend, hovaardig, lasteraars, den ouders ongehoorzaam, ondankbaar, onheilig; zonder natuurlijke liefde (…) meer liefhebbers der wellusten dan liefhebbers Gods; hebbende een gedaante van godzaligheid, maar die de kracht derzelve verloochend hebben.”

Zo heeft elke tijd kwade driften. Dat zien wij in de moeder en in het kind. De moeder is ongerechtigheid, zal dochter liefdeloosheid beter kunnen zijn? Wanneer de zonde het van de liefde wint, dan is Christus’ liefde niet in ons. Want Christus en de wereld liefhebben kunnen niet samengaan. Immers die de wereld liefheeft, de liefde des Vaders is niet in hem. Bewaart en behoedt u voor zo’n droevig kwaad.

Maar die eens echt brandt in liefde tot Christus, kan niet verkouden. Hoe kan de liefde verkouden in het hart waarin Christus Zijn liefde geschreven heeft?

Waartoe dan deze vermaning? Als u zegt: „Ik wil geen middelen aanwenden”, dan bent u koud. Want hij die Gods liefde heeft, bewaart zich daarin.

Jodocus van Lodenstein,

predikant te Utrecht

(”De heerlijkheid van een waar christelijk leven”, 1767)