Minister Bussemaker geeft bijzonder onderwijs huiswerk mee
Minister Bussemaker is de vrijheid van onderwijs meer en meer gaan waarderen. Maar ze vindt dat het bijzonder onderwijs niet op zijn lauweren mag gaan rusten. Ze geeft drie huiswerkopdrachten mee.
Bussemaker sprak maandag tijdens de Nationale bijeenkomst onderwijspacificatie 1917-2017 in de Vrije Universiteit te Amsterdam.
De minister gaf hoog op van het Nederlandse onderwijsstelsel met openbaar en bijzonder onderwijs. „Het brengt ons land onderwijs van hoge kwaliteit en het legt de verantwoordelijkheid voor het onderwijs zo laag mogelijk, namelijk bij ouders en hun schoolbesturen.”
Bussemaker vertelde dat ze zelf ongelovig is opgegroeid en het bijzonder onderwijs als een gegeven beschouwde. Als minister is ze het stelsel „steeds meer gaan waarderen.”
Ze vergeleek het Nederlandse stelsel met het Franse, waar al het onderwijs staatsonderwijs is. Daar lopen alle debatten over vernieuwing vast op de gevestigde belangen: „Elke poging tot discussie om het onderwijs bijvoorbeeld dichter bij de leefwereld van jongeren in de banlieue te brengen, loopt bij voorbaat al stuk op de gevestigde orde van docenten.”
Maar het bijzonder onderwijs mag volgens de minister niet tevreden achterover gaan leunen. Ze riep scholen en besturen ertoe op werk te maken van de eigen identiteit. Dat kan op basis van levensbeschouwing, maar ook op grond van een pedagogische visie. Van daaruit moet de school –ten tweede– samenwerking zoeken met andere scholen. Een kwaal van de huidige tijd is volgens Bussemaker dat mensen met verschillende achtergronden elkaar niet ontmoeten.
Ten derde bepleitte de bewindsvrouw allianties voor gelijke kansen. Daarvoor moeten scholen samenwerking zoeken met wethouders, welzijnsorganisaties, bibliotheken en bedrijven.
Bussemaker kreeg tijdens de bijeenkomst het eerste exemplaar van het boek ”Heer en meester” over de onderwijsvrijheid uit handen van de schrijver, dr. W. de Jong, docent politieke geschiedenis aan de Radboud Universiteit Nijmegen.
Namens de Onderwijsraad sprak dr. R. Toes, in het dagelijks leven bestuurder van het Wartburg College in Rotterdam. Hij stelde dat het wetsvoorstel van staatssecretaris Dekker om bij de stichting van nieuwe scholen niet langer te kijken naar de levensbeschouwelijke richting van de school, in lijn is met de opvattingen van de Onderwijsraad.
Niet alleen Bussemaker gaf hoog op van de vrijheid van onderwijs. Dat deden ook oud-bewindslieden van Onderwijs die maandag aanwezig waren en deelnamen aan een forumdiscussie. Oud-minister Hermans onthulde dat in het tweede kabinet-Kok (1998-2002) minister Van Boxtel (D66) voor grotestedenbeleid eens pleitte voor afschaffing van de onderwijsvrijheid. Hermans: „We hebben hem in de ministerraad een tijdje onder water gehouden. Hij verkondigde grote onzin.”