Directeur Bijbelgenootschap: Belangstelling voor Bijbel groeit in Egypte
Drie dagen rouwde Egypte om de slachtoffers van de bomaanslag zondag bij de koptische kathedraal van Caïro. De slachtoffers werden met militaire eer begraven en president Sisi liep voorop in de rouwstoet. Hoe keken Egyptische christenen daarnaar en hoe veilig voelen ze zich onder Sisi’s bewind?
„Ik ben nu nog positiever over Sisi dan voor deze aanslag”, zegt Ehab Tanas van het Egyptisch Bijbelgenootschap, die onlangs op bezoek was bij het Nederlands Bijbelgenootschap in Haarlem. Tanas heeft de leiding over de verkoop in de vijftien boekwinkels van het Bijbelgenootschap. „Sisi heeft het over gelijke rechten en verdraagzaamheid. Daar ben ik blij mee, want daarmee gaat hij in tegen het islamitisch fundamentalisme dat een plaag is voor Egypte.”
Na de aanslag riep de president christenen en moslims op om samen op te trekken tegen terreur. Drie jaar geleden nam Sisi de macht over van de islamitische president Morsi en zette deze achter slot en grendel.
„In 2013 zijn veel kerken in Egypte in brand gestoken”, vervolgt Tanas. „Ook twee van onze boekwinkels brandden af. Voordat de onrust in 2011 begon, waren christenen een geaccepteerde minderheid. Christenen en moslims gingen als goede buren met elkaar om en bezochten dezelfde scholen. Maar vanaf 2011, toen na een onrustige periode Morsi aan de macht kwam, werden christenen met wantrouwen bekeken. Veel moslims vroegen zich af of zij wel loyale Egyptenaren zijn.”
Liefhebben
Gelukkig is de opinie over christenen verbeterd, merkt hij. Christenen hadden gewelddadig kunnen reageren op de brandstichtingen en aanslagen, maar dat deden ze niet. „Wij moeten liefhebben die ons kwaad doen, zeiden ze. En de koptische paus verklaarde: Beter een volk en een vaderland zonder kerkgebouw, dan een kerkgebouw zonder volk en vaderland. Dat hielp.”
De overheid beloofde te helpen bij het herstel van de afgebrande kerken en gebouwen. Ook het Egyptisch Bijbelgenootschap mocht de schade aan de getroffen boekwinkels opgeven. „Ons werd beloofd dat we die gedeeltelijk vergoed zouden krijgen.” Tot nu toe ontving het genootschap echter nog geen schadevergoeding.
Nu na de roerige jaren 2011-2013 de rust is teruggekeerd in het Noord-Afrikaanse land, ziet het Bijbelgenootschap de interesse in de Bijbel toenemen. In zijn boekwinkels en op boekenbeurzen komen ook moslims een kijkje nemen.
Nieuwe vertaling
Tanas ziet daarom erg uit naar de nieuwe Arabische studiebijbel waar zijn Bijbelgenootschap aan meewerkt. Een deel ervan ligt nu ter goedkeuring bij de kerken. De nieuwe editie moet toegankelijker zijn dan de oude uit 1865, die vanwege het oude Arabisch door velen als moeilijk wordt ervaren. Tegelijk moet de Bijbel nog wel steeds klinken als Woord van God.
Het werk van het Egyptisch Bijbelgenootschap groeit en de verkoop van Bijbels en boeken stijgt. Hoe dat komt? „Mensen willen meer willen weten over andere religies. Wie is Jezus? Wat voor boek is de Bijbel? Dat soort vragen krijgen we steeds vaker.”
Volgens Tanas zijn jongeren meer dan vroeger kritisch over de huidige stand van zaken. Ze worden atheïstisch of raken geïnteresseerd in het christendom. En dan is er nóg een factor: Islamitische Staat. „Veel moslims hebben geen enkel begrip voor wat daar gebeurt. Ze zijn geschokt dat IS zich baseert op de islam en willen meer weten over andere geloofsovertuigingen.”
Kinderbijbels ook voor ouders van waarde
Een belangrijke doelgroep voor het Egyptisch Bijbelgenootschap zijn de 500.000 christelijke kinderen in het land. Om hen vertrouwd te maken met de Bijbel richt het Bijbelgenootschap zich met diverse projecten op deze groep. Eén van die projecten wordt nu gesteund door het Nederlands Bijbelgenootschap. Doel daarvan is voor 40.000 kinderen in Egypte een kinderbijbel te drukken. Vooral christelijke gezinnen op het platteland zien daarnaar uit. Ouders willen de Bijbelse normen en waarden graag doorgeven aan hun kinderen. Als zij zelf niet kunnen lezen, maar hun kinderen wel, vervult zo’n kinderbijbel daarbij een belangrijke functie.