Dr. Van Willigen: Navolging voorkomt veel kerkelijke problemen
„Als we Christus volgen, verdwijnen veel problemen in de kerk als sneeuw voor de zon.” Die boodschap gaf dr. M. A. van Willigen donderdagavond in Utrecht de studenten van Depositum Custodi (DC) mee.
De reformatorische studentenvereniging heeft als jaarthema ”Harmonie: groot en wonderlijk zijn Uw werken”. Dr. Van Willigen, docent nieuwtestamentisch Grieks aan de Protestantse Theologische Universiteit, sprak in dat verband over ”Een gemeenschap in harmonie”.
De docent schetste de christelijke kerk aan de hand van een aantal beelden, zoals dat van Christus als het Hoofd en de kerk als de ledematen. „Christus heeft alle autoriteit, niet de ouderling of de voorganger. Hij heeft het roer van de christelijke gemeenschap in handen.”
Een ander beeld is dat van Christus als Bruidegom en de kerk als bruid. „De relatie tussen de bruidegom en de bruid opent een nieuw perspectief. De Bruidegom blijft de bruid voortdurend beminnen. De bruid richt zich helemaal op Christus.”
In het beeld van het kaf en het koren staat het koren voor de ware gelovigen en het kaf voor de meelopers. Dr. Van Willigen verwees naar Augustinus, die zich duidelijk uitliet over kaf en koren maar toch bleef vasthouden aan de eenheid van de kerk. „Volgens hem kunnen mensen kaf en koren niet scheiden. Augustinus vond dat er op de buitenkant van de kerk geen naamborden moeten staan, maar dat er ”van Christus” op moet staan.”
De kenner van de Vroege Kerk noemde het een blijvende opdracht om elkaar lief te hebben, ter bevordering van de harmonie. „Volg Christus en heb elkaar hartelijk lief. Als je Hem volgt, verdwijnen veel problemen in de kerk als sneeuw voor de zon.”
Hoe dat moet in de praktijk, wilden de studenten weten. Mogen gemeenteleden met een kerkenraad in gesprek als ze iets verkeerd vinden? Dr. Van Willigen vindt dat het dienende aspect bij predikanten voorop moet staan, omdat Christus ook is gekomen om te dienen. Daarnaast vindt hij afhankelijkheid van groot belang. Tijdens het gesprek met de predikant blijkt de afhankelijkheid en het dienend zijn, meent hij.
En als er in een kerk on-Bijbelse tradities zijn? Dr. van Willigen: „Er is grote voorzichtigheid geboden, maar je mag je mening wel geven als je meent dat er in de kerk dingen voorkomen die niet in overeenstemming zijn met de Schrift. Als kerkenraadsleden dicht bij Christus leven, kunnen ze veel hebben.” Hij vroeg wel dat gesprek op een voorzichtige en liefdevolle manier te voeren, zodat er een stuk bewustwording ontstaat. „We mogen wel openbreken, maar niet stukbreken.”
Hoe hij denkt over de kerkelijke verdeeldheid? „De verschillende aftakkingen van de kerken zijn moeilijk te vermijden geweest, omdat mensen er in hun geweten van overtuigd waren dat ze niet anders konden. De opdracht voor nu is om als kerken met elkaar in contact te blijven en respect te tonen voor elkaars mening. Als Christus het centrum is, is er veel herkenning.”
Hoe moeten christenen in deze maatschappij staan? Dr. Van Willigen: „De samenleving is sterk geïndividualiseerd. Dat gevaar bedreigt de leden van de kerk ook. De zorg voor elkaar dreigt minder te worden. Het is belangrijk om verbindend om te gaan met onze medemensen. Bijvoorbeeld door je carrière niet boven alles te zetten maar belangstelling voor anderen te tonen. Nodig eens iemand die het moeilijk heeft, uit om te komen eten.”