Column: Feestmaand van drie maanden wordt opgeluisterd met Muzak
Ook zo’n last van al die achtergrondmuziek? Overal schalt de muziek uit de geluidsboxen in winkelstraat, supermarkt, parkeergarage of horecagelegenheid. Vooral nu sinds oktober de decemberfeestmaand is begonnen. De oliebollenkramen schieten als paddenstoelen uit de grond, de pepernoten bij HEMA en Kruidvat zijn inmiddels al bijna over de datum en wie nog geen chocoladeletters heeft ingekocht is hoogstwaarschijnlijk te laat. Deze drie maanden durende feestmaand wordt extra luister bijgezet met Muzak. Een muziekgenre dat in onze samenleving niet meer is weg te denken.
Oorspronkelijk is Muzak een handelsnaam van een Amerikaans bedrijf dat een systeem uitvond om achtergrondmuziek naar werkplaatsen te sturen. Nu is met achtergrondmuziek op zichzelf genomen niets mis. Het is van alle tijden. Reeds in de oude kathedralen klonken vanaf oksalen ellenlange gregoriaanse gezangen om de gelovigen in vrome stemming te brengen. Aan de vorstelijke paleizen van keizer Esterházy klonken tijdens het avondbanket strijkkwartetten.
En wie op zondag een reformatorische kerk binnenloopt, hoort op de achtergrond meteen al orgelspel dat volgens de meeste kerkgangers bedoeld is om vooral niet naar te luisteren.
Toch is Muzak heel wat anders. Het is bedoeld om de verkoop van het product te versterken. Achter dit genre zit een bijna wetenschappelijk bewezen visie op wat muziek met een mens kan doen. Bij de McDonald’s klinkt drukke muziek, zodat je er voor je fastfood niet te lang blijft eten. In een sfeervol restaurant met kaarslicht hoor je daarentegen zoetgevooisde violen en zacht pingelende pianoklanken. Wie vandaag in de winkelstraat loopt, hoort ongetwijfeld de (Mu-)zak van Sinterklaas.
Men zegt dat Muzak beantwoordt aan de gemiddelde smaak van de consument. Ik betwijfel dat. Voor mij is het akoestische terreur. Leg je er maar gewoon bij neer. Het gaat toch niet weg door je eraan te ergeren. Aangezien een mens doorgaans niet verstoord raakt over wat er om hem heen gebeurt, maar wel om de gedachten die hij erbij heeft, is het dus zaak om het negatieve in iets positiefs om te zetten.
Daarom heb ik een oplossing bedacht. Ik kwam op het idee toen ik ergens een spreuk zag aangeplakt: „Het is de kunst om van geluidsoverlast een buurtfeest te maken.” Juist!
Als we nu eens bij alle Muzak die we telkens horen allemaal een klein vreugdesprongetje of pirouetje maken en als alle abonnees van het RD dit idee nu eens met mij uitdragen – wat zal het dan leuk worden in Nederland. Ziet u het voor u? Tegelijk een geniaal format voor een nieuw EO-televisieprogramma: Nederland springt!