Chirac verwees hiermee impliciet naar de positie van de Koerdische minderheid in Turkije. Hij benadrukte dat de wetswijzigingen die Turkije moet uitvoeren ook „wortel moeten schieten in de politiek van alle dag" voordat het land klaar is om toe te treden tot de unie. Volgens hem kunnen de onderhandelingen over toetreding wel tien jaar in beslag nemen. „Laten we duidelijk zijn: als de omstandigheden toestaan dat de onderhandelingen begin volgend jaar kunnen beginnen, moeten wij weten dat die onderhandelingen lang zullen duren, heel lang."

Turkije reageerde rustig op de uitspraken van Chirac. „Lidmaatschap is een andere zaak dan onderhandelingen. Als we eenmaal een datum hebben, kan het proces best een lange tijd in beslag nemen", zei een woordvoerder van het ministerie van Buitenlandse Zaken. De krant Radikal citeerde minister van Buitenlandse Zaken Abdullah Gül, die zei van de EU de verzekering te hebben gekregen dat Turkije eind dit jaar het groene licht krijgt en dat de onderhandelingen in maart 2005 beginnen. „De EU kan altijd politieke besluiten nemen en onderhandelingen beginnen, ook als Turkije niet aan al zijn verplichtingen voldoet", aldus Gül.

Positiever dan over Turkije was Chirac over de uitbreiding zaterdag met tien nieuwe EU–lidstaten. De president sprak van een „enorme stap" voorwaarts die de unie tot een nog belangrijker economisch machtsblok maakt. Hij onderstreepte wel de noodzaak tot een snel akkoord over een nieuwe Europese grondwet. Chirac hoopt dat er in juni, tijdens een Europese top, spijkers met koppen kunnen worden geslagen.