Dat pleidooi deed de Taskforce kindermishandeling en seksueel misbruik maandag. De taskforce, onder voorzitterschap van de Amsterdamse burgemeester Van der Laan, presenteerde maandag bij de start van de Week tegen Kindermishandeling zijn eind­rapportage.

Het voorkómen van kinder­mishandeling moet „topprioriteit krijgen in het jeugdbeleid van gemeenten”, aldus de taskforce. Als het na de geboorte van een kind „mis dreigt te gaan”, moeten „effectieve programma’s worden ingezet, gericht op het verbeteren van de ouder-kindrelatie.”

Het aantal kinderen dat slachtoffer is van mishandeling moet de komende tien jaar worden gehalveerd, benadrukt de taskforce. Volgens de meest recente cijfers zijn jaarlijks ongeveer 119.000 kinderen de dupe van geweld en sterven er enkele tientallen aan de gevolgen daarvan.

De taskforce wil de positie van kinderen bij vechtscheidingen verbeteren. „In de huidige echtscheidingsprocedure hebben kinderen nauwelijks iets te vertellen, waardoor zij fijngemalen kunnen worden tussen hun strijdende ouders. De taskforce vindt daarom dat de Raad voor de Kinderbescherming een gedegen conflictanalyse moet uitvoeren als er signalen zijn dat scheidende ouders er niet in slagen ‘goed en veilig’ uit elkaar te gaan.”

CU-Kamerlid Voordewind liet gisteren via Twitter weten eveneens voorstander te zijn van een opvoedcursus, maar dan niet op verplichte basis. Hij zei „blij” te zijn dat staatssecretaris Van Rijn (Volksgezondheid) zijn partij en de PvdA heeft toegezegd om in overleg met de Vereniging van Nederlandse Gemeenten bij „zwangerschapsgym ook aandacht te besteden aan de mentale voor­bereiding van aanstaande ouders.”