Dat kwam donderdag naar voren tijdens een Kamerdebat met minister Donner van Justitie en staatssecretaris Ross van Welzijn over scheiding, voogdij en omgangsrecht.

Het komt regelmatig voor dat een van de ouders zich onttrekt aan de afspraken zoals de rechter die bij de scheiding heeft vastgesteld voor de omgangsregeling met de kinderen. In de praktijk trekt de niet–verzorgende ouder, meestal de vader, dan aan het kortste eind. De Kamer vindt dit ongewenst.

Om dit te ondervangen wil de VVD een standaardnorm voor de omgangsregeling vastleggen, waarbij de zorg daadwerkelijk gehalveerd wordt. Dat betekent dat elke ouder het kind niet langer dan zeven dagen aaneengesloten heeft. Daarop zijn wel uitzonderingen mogelijk, aldus VVD’er Luchtenveld, die dit heeft verwerkt in een initiatief wetsvoorstel. De meeste partijen vinden dit te rigoureus en zeker niet altijd in het belang van het kind.

Een meerderheid steunt het PvdA–voorstel om een ouderschapsplan wettelijk vast te leggen. Dat betekent dat ouders pas mogen scheiden als zij de zorg hebben geregeld.

De SP vindt dat het vooral schort aan de handhaving van de omgangsregeling. SP’er De Wit benadrukte dat een dwangsom of gijzeling van de ouder niet altijd iets oplevert. Hij stelt als sanctie voor het gezag over het kind dan te leggen bij de andere ouder. D66 en PvdA zijn niet afwijzend maar alleen in het uiterste geval. D66–Kamerlid Dittrich wil liever de kinderbijslag tijdelijk bevriezen als prikkel om de omgang op gang te brengen. De PvdA zet liever in op bemiddeling (mediation) en hulpverlening.

De meeste partijen vinden mediation een goed middel om een scheiding beter te regelen. Ook minister Donner wil hier meer naar toe. De Kamer is verdeeld over het voorstel van de VVD om scheiding zonder tussenkomst van de rechter mogelijk te maken. De SP, GroenLinks en de LPF zijn voor. De PvdA is genuanceerder en vindt dat er wel een bepaalde waarborg moet komen.

Vanwege tijdgebrek werd het debat afgebroken. De bewindslieden zullen op een andere dag antwoorden.