RMO presenteert archeologische vondsten uit heel Nederland
Een kanonskogel uit Alkmaar, oude munten uit Barneveld, visnetverzwaring uit Aalburg. Het Rijksmuseum van Oudheden in Leiden toont archeologische vondsten uit heel Nederland – één per gemeente.
Tien meter lang is de witte ladenkast in het Rijksmuseum van Oudheden. Sommige laden zijn al gevuld, andere nog niet. Zo’n 120 objecten zijn inmiddels in de kast bijeengebracht: „Trek je een laatje open, dan sta je oog in oog met een voorwerp uit de bodem van Nederland dat een bijzonder verhaal uit de geschiedenis van een stad of dorp illustreert.” Er komt steeds wat bij, totdat van elk van de circa 390 Nederlandse gemeenten een archeologisch voorwerp in de kast te vinden is.
Speurtocht
„Het heeft wel iets van een speurtocht”, zegt Anna de Wit, leider van het project ”Archeologie in je achtertuin”. „Bezoekers openen eerst het laatje van de eigen woon- of geboorteplaats en van andere plaatsen die ze kennen. Daarna vinden ze het vaak ook heel leuk om op zoek te gaan naar objecten die het meest aanspreken of die bijzonder zijn.”
De ladenkast is een uitbreiding van de afdeling archeologie van Nederland in het museum. „Die is vooral ingericht op de belangrijke vindplaatsen die een grote rol spelen in de Nederlandse archeologie, zoals Wijk bij Duurstede, het vroegere Dorestad, en Limburg, waar veel uit de prehistorie is opgegraven. Overal in Nederland worden echter archeologische vondsten gedaan, op akkers, op bouwplaatsen, in stadscentra, in parken en in achtertuinen. Die laten net zo goed als de topplaatsen iets zien van het verleden van Nederland.”
Een blikvanger is een bronzen applique, een klein Romeins speldje, uit Maastricht, van 100 tot 250 na Christus, met de beeltenis van Silenus, een metgezel van de Griekse god Dionysos. „Sommige objecten zijn bijzonder door het materiaal waarvan ze gemaakt zijn, of omdat ze bijna nooit voorkomen. Andere voorwerpen zijn meer doorsnee. Maar een simpele scherf vertelt ook een verhaal.”
De keuze is bij de gemeenten gelegd. „Het resultaat is een ruime diversiteit”, zegt De Wit. „Tezamen vertegenwoordigen de lokale vondsten de enorme rijkdom en verscheidenheid van Nederlands archeologisch erfgoed. Van een mammoetkies, een van de oudste objecten, tot een Duitse veldtelefoon, van vuurstenen gereedschappen en Romeinse zegels en munten tot een snuifdoos uit de moderne tijd. Van Texel kregen we bijvoorbeeld een luizenkam van een zeeman uit circa 1740, uit Helmond liggen hier honderden keverpootjes uit een Romeinse waterput. De ‘achtertuin’ in de titel van de expositie is figuurlijk bedoeld. We geven ermee aan dat voorwerpen uit het verleden echt overal om ons heen liggen, misschien niet letterlijk in iemands tuin, dan toch heel dichtbij in de stad, gewoon in de bodem. Die veldtelefoon vond iemand in Hilversum onder de vloer van het huis dat hij aan het verbouwen was.”
Laatjes opentrekken
Sommige gemeenten lieten zich leiden door de bekendheid die ze al hebben. De Wit: „Zo is Alkmaar aanwezig met een Spaanse kanonskogel van circa 1573, uit de Tachtigjarige Oorlog. Den Haag heeft een Delfts blauw tegeltje uit circa 1650 waarop een ooievaar staat afgebeeld, typisch Haags. Er zijn gemeenten die met hun keuze hun identiteit hebben willen onderstrepen, andere droegen juist iets aan wat minder bekend is.” De ladenkast blijft minstens een jaar of vijf onderdeel van de vaste presentatie, zegt De Wit. „Komend jaar gaan we er hard aan trekken om de hele kast vol te krijgen. Ook de Antilliaanse eilanden Bonaire, Saba en Sint Eustatius doen mee. En er is een laatje van vier vakken voor de Noordzee. Die hoort bij Nederland en ook daar zijn archeologische vondsten gedaan.”
Is het voor sommige bezoekers geen teleurstelling dat ze in de kast niets uit hun gemeente aantreffen? „Op dit moment, met nog slechts 120 voorwerpen, wordt dat oké gevonden. De kast is immers een levend project, dat moet groeien. Het leuke is dat iedereen wel met meerdere plaatsen iets heeft. Bezoekers gaan dus ook even na wat er ligt uit de stad waar oma vandaan komt, waar ze hebben gestudeerd of het dorp waar ze vaak op vakantie gaan. Sommigen blijven aan het laatjes opentrekken.”
Alle voorwerpen zijn ook hier te zien.