Het vervoer van goederen via de binnenvaart levert fors minder op, meldde het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) dinsdag. De omzet voor de binnenvaart daalde het afgelopen kwartaal op jaarbasis met 6 procent, de stevigste omzet­daling sinds 2012.

Boogaard nuanceert het beeld. „Ik kijk niet naar weken, maanden of kwartalen. De ervaring leert dat je het per jaar moet bekijken. Tot nu toe hebben 
we een mooi halfjaar achter 
de rug. Het komt ook ons niet aanwaaien hoor, we moeten 
er ons best voor doen.”

Wakker ligt de schipper niet van de CBS-cijfers, omdat hij niet weet hoe de waarden precies tot stand zijn gekomen. Als voorbeeld noemt hij het vervoer van kolen. „Als er veel zon en een gunstige wind is geweest, is er minder vraag naar kolen voor de energiecentrales. Daar kun je veel last van hebben als je daar veel werk in hebt, maar het kan ook zijn dat je er niets van merkt omdat je andere vrachten hebt. Dan zeil je er dus tussendoor.”

Zelf vaart Boogaard samen met zijn vrouw Anna voor een coöperatie. Veevoer, kolen, auto-onderdelen, containers, staal; het gaat in en op het schip. „De opdrachten komen van de coöperatie, die met markttarieven werkt.

Klagen

De prijzen staan wel onder druk, merkt Boogaard. „Ik probeer als ondernemer te werken aan en voor redelijke tarieven. Laten we echter niet bij elke schommeling in de markt direct gaan juichen of klagen. Het is in onze sector heel simpel. Het is een kwestie van vraag en aanbod. Zijn er vrachten, dan vaar je. Zijn ze er niet, dan lig je stil.”

In de veertien jaar dat Boogaard zelfstandig binnenvaartschipper is, heeft hij het vooral in 2009 krap gehad. Toen lag zijn schip soms ongewild een paar dagen stil. „Over het algemeen kunnen we een prima boterham verdienen. Er zijn schippers die somberen, maar daar wil ik niet aan meedoen. Daarnaast proberen we ons werk te doen in het besef dat er niets gaat zonder de zegen van de Heere. En een zegen van Hem hoeft niet direct te betekenen dat het ons altijd maar voor de wind gaat.”

Met zijn 110 meter lengte behoort de Terra Maris niet tot de grootste schepen. Maar klein is het ook niet, al is het voor het containervervoer zeker niet overbemeten. „We kunnen de containers maximaal vierhoog stapelen, omdat de stuurhut op een hefkolom staat en dus omhoog kan. Maar meestal staan ze driehoog. Dan heb je het over 72 containers van 40 voet. Daarmee halen we dus 
72 vrachtwagens van de weg.”

Schoner

En dat is minder belastend voor het milieu, blijkt uit onderzoek. Toch moet de binnenvaart ook schoner, vindt minister Schultz van Haegen (Infrastructuur). Maandag sloot ze met branche­organisaties, bedrijven en onderzoeks­instituten in de binnenvaart een zogeheten Green Deal. Doel ervan is om instrumenten te testen op hun bruikbaarheid om aan boord van binnenvaartschepen luchtemissies te meten. Hiermee kunnen schepen over een aantal jaren hun verbruik en uitstoot van schadelijke stoffen meten en daardoor zuiniger en schoner gaan varen.

Een goed plan? Boogaard vindt van wel. „De binnenvaart moet niet stilstaan, maar meegaan met de ontwikkelingen. Als de minister dit wil, lijkt me dat goed. Hopen dat de SGP-broeders het ermee eens zijn.”

Zuinige Zeeuw

Boogaard moet erkennen dat zijn Terra Maris niet de meest schone dame van het gezelschap is. „Ons schip is van 2002 en heeft dus een wat ouderwetse motor. Maar ik zeg altijd: het gaat er niet alleen om hoe zuinig je motor is, het is vooral belangrijk hoe je omgaat met gasoliekraan. En ik ben een zuinige Zeeuw, dus kom ik liever een uurtje later op mijn bestemming als ik brandstof kan besparen.” Ook externe factoren, zoals stroming, beïnvloeden het verbruik, aldus Boogaard.

Hij maakt een duidelijke scheiding tussen uitstoot en verbruik. „Dat is niet hetzelfde. Een schone motor hoeft beslist niet zuiniger te zijn. Wat dat betreft ben ik nog prima tevreden met mijn motor. Ik zou er nog een katalysator op kunnen bouwen om hem wat schoner te krijgen. De ontwikkelingen gaan echter zo hard dat ik die liever nog even afwacht voor ik een investering doe.”