Insecticide brengt mogelijk voedselvoorziening in gevaar
Twee neonicotinoïden die tot de meest gebruikte insectenbestrijdingsmiddelen ter wereld behoren, beïnvloeden de levensduur van mannelijke bijen en de kwaliteit van hun sperma negatief. Dat ontdekten Zwitserse onderzoekers van de universiteit van Bern.
Uit het recente onderzoek blijkt dat darren die blootgesteld zijn aan het insecticide, korter leven en minder levende zaadcellen in hun sperma hebben.
Het gaat om insecticiden die sinds de jaren negentig in gebruik zijn. Ze blokkeren de overdracht van zenuwimpulsen in insecten, waardoor deze stoppen met eten, verlamd raken en uiteindelijk doodgaan door verhongering, uitdroging of doordat ze ten prooi vallen aan andere dieren. In Nederland worden deze stoffen veel toegepast in de bollenteelt, in akkerbouwgewassen, in kassen en in de (fruit)boomteelt.
Neonicotinoïden liggen onder vuur omdat ze kankerverwekkend zouden zijn. Ook zouden ze een oorzaak zijn van de wereldwijde teloorgang van bestuivers zoals bijen en hommels. Bijna 90 procent van de bloeiende planten op de aarde is afhankelijk van bestuivers, inclusief 70 procent van de eetbare gewassen. De bestuivers zijn daarom van cruciaal belang voor de voedselvoorziening. Europa beraadt zich op een verbod op het gebruik van de stoffen (IPS).