De leiders zullen besluiten snel vier multinationale bataljons van elk zo’n 1000 man te legeren in Polen en de Baltische staten, in reactie op de daar levende vrees voor een vervolg op de Russische inlijving van de Krim en de bemoeienis van Moskou met het Oekraïense conflict.

De troepen gaan roteren, om afspraken uit de jaren negentig na te komen dat de NAVO zich niet permanent militair gaat nestelen in Oost-Europa. Nederland levert meer dan 150 militairen, die onder Duits commando komen te staan.

Hoewel het westerse bondgenootschap zich sinds het einde van de Koude Oorlog niet zo heeft versterkt, benadrukt de NAVO dat het gaat om collectieve verdediging en solidariteit. NAVO-chef Jens Stoltenberg wijst ook keer op keer op het belang van een politieke dialoog met Moskou. Volgende week staat dan ook een NAVO-Ruslandraad in Brussel op het programma, die Moskou gerust moet stellen.

Andere onderwerpen op de agenda zijn migratie, de bestrijding van de terroristen van Islamitische Staat en versterking van de militaire weerbaarheid van Afghanistan, Irak, Jordanië, Libië en Tunesië. Over nauwere samenwerking tussen de NAVO en de Europese Unie, met name tegen cyberaanvallen en propaganda, wordt vrijdag een verklaring ondertekend. In de marge zal zeker ook de brexit aan de orde komen.

Verder komt de inzet in de Egeïsche, Middellandse en Zwarte Zee ter sprake, evenals het antiraketschild in Roemenië en de rol van AWACS-radarvliegtuigen in de strijd tegen IS.

De defensiebestedingen komen ook ter tafel. Twee jaar geleden werd in Wales afgesproken toe te werken naar een defensiebudget van 2 procent van het bruto binnenlands product. Hoewel de daling is gestuit, blijven Europese lidstaten gemiddeld steken op zo’n 1,4 procent. Nederland zit daar met circa 1,15 procent fors onder.