Minister Koenders (Buitenlandse Zaken) en zijn Iraanse collega Zarif hebben daartoe donderdag in Den Haag een verklaring ondertekend.

Jaarlijks zal er bijvoorbeeld een ontmoeting zijn op ministerieel niveau, waarbij overleg plaatsvindt over zaken die beide landen aangaan en over internationale ontwikkelingen.

Tijdens een persconferentie donderdag zei Koenders dat hij met Zarif heeft gesproken over de situatie in Syrië en in Irak. „We hebben dezelfde prioriteit, namelijk dat die landen stabiliseren en dat daar vrede komt.”

Verder was concrete samenwerking op economisch vlak, bijvoorbeeld op het gebied van water, landbouw, energie en gezondheidszorg, aan bod gekomen.

Ook de mensenrechten kwamen aan de orde, stelde Koenders. Zarif bevestigde dat. Volgens hem was sprake van „tweerichtingsverkeer.” Ook Iran heeft zo zijn zorgen waarover het met Nederland wil praten. „Zo werken we aan een beter begrip over en weer.”

De bewindslieden overlegden tevens over drugsbeleid. Iran is een belangrijke doorvoerhaven van opium naar het westen.

Koenders zei desgevraagd dat hij niet op de hoogte is van het Iranrapport dat het Transatlantic Institute op 14 juni in Brussel heeft gepresenteerd. Het instituut waarschuwt het westen niet in Iran te investeren. Het is namelijk onwaarschijnlijk dat de deal die vorig jaar met Iran is gesloten over het nucleaire programma in dat land langer dan vijf jaar zal standhouden.

„Wij investeren in Iran”, twitterde CU-SGP-Europarlementariër Belder destijds over het Iranrapport. „Iran geeft het geld uit aan wapens voor terreur richting Israël, Saoedi-Arabië en Jemen.”

Koenders ging daar donderdag niet op in. „We hebben gesproken over de ontwikkelingen in de regio en ik heb Iran gevraagd, zoals we dat ook aan andere landen doen, een constructieve rol te spelen in de regio om tot vrede te komen.”

Zarif sprak donderdag ook met premier Rutte. Tevens bezocht hij de Tweede Kamer.