De helft meer loon, maar niet extra verdienen
DEN HAAG. Het is dat fulltime werkende eenverdieners met een modaal inkomen en een gezin het volgens het Nibud vaak al zodanig zwaar hebben dat elke euro telt. Anders kon je je voorstellen dat ze –uit pure woede vanwege de voor hen bovengemiddelde belastingdruk– halve dagen zouden gaan werken.
Uit berekeningen die Dries Mulder van Vos & Steehouwer Belastingadviseurs uit Geldermalsen voor het Reformatorisch Dagblad maakte, blijkt namelijk dat eenverdieners die besluiten hun baan te halveren daar uiteraard wel wát van merken, maar vooral dat de gevolgen relatief beperkt zijn.
De modale eenverdiener (met huurhuis en twee kinderen) die besluit in plaats van fulltime voor 40.000 euro nog slechts halftime te gaan werken, ziet weliswaar zijn brutoloon met 20.000 terugvallen, netto valt de schade met 3961 euro mee. De oorzaak is dat een belangrijk deel van het inkomen nu niet langer wordt wegbelast en er tegelijk een wereld aan toeslagen voor de eenverdiener opengaat. Ontving het eenverdienersgezin met een loon van 40.000 euro nog 492 euro per jaar aan toeslagen (zorg-, huurtoeslag en kindgebonden budget), bij een loon van 20.000 euro is dat 7548 euro.
Omgekeerd
Het is in feite de omgekeerde variant van wat in Den Haag bekendstaat als de armoedeval: de geringe prikkel voor mensen met een laag inkomen om méér te verdienen, omdat een groot deel van het inkomen toch wordt wegbelast of verdampt door het kwijtraken van toeslagen. Andersom betekent dit óók dat er weinig loos is als besloten wordt de arbeidsparticipatie te temperen. Voor een kabinet dat stelt de participatie te willen stimuleren –en om die reden het eenverdienerschap de afgelopen jaren afkneep– lijkt het goed deze cijfers onder de loep te nemen.
Want er zitten nog wel meer opmerkelijke effecten in. Zo gaat een eenverdiener (huurder, twee kinderen) die zijn loon ziet stijgen van 20.000 naar 31.000 euro, er gek genoeg 35 euro op achteruit. Omgekeerd ziet een eenverdiener die 31.000 euro verdient en besluit zijn arbeidsinzet terug te schalen naar 20.000 euro, zijn inkomen dus stijgen.
Uit de cijfers blijkt verder dat de eenverdiener van iedere extra 1000 euro die hij verdient (op het inkomenstraject van 21.000 tot 31.000 euro) onder de streep slechts enkele tientjes tot 100 euro overhoudt: een belastingdruk van ruim 90 procent. Ter vergelijking: onder de 20.000 euro bedraagt die ”marginale belastingdruk” 8,9 procent; boven de 31.000 euro is dat 58 procent.
Anders dan eenverdieners profiteren tweeverdienersgezinnen met kinderen wel van het feit dat de minst verdienende partner het inkomen (vanwege de forse heffingskortingen) nagenoeg belastingvrij kan uitbreiden tot circa 20.000 euro. Eenverdieners hebben wel de lasten van het fiscale stelsel, maar niet de lusten.
Tot woede van SGP-Kamerlid Dijkgraaf, die naar aanleiding van de berekeningen opheldering gaat vragen bij staatssecretaris Wiebes van Financiën. „Dit maakt duidelijk dat het beleid volstrekt doorschiet. Een in een huurwoning wonende eenverdiener die erin slaagt zijn inkomen te verhogen van 20.000 naar 31.000 euro, gaat erop achteruit. Dat komt door alle inkomensafhankelijke regelingen en de zware belasting van eenverdieners. Dit moet stoppen.”
Volgens de SGP’er ondermijnt de belastingdruk de motivatie voor mensen om te investeren in zichzelf. „Belastingheffing is noodzakelijk om de overheidsuitgaven te financieren. Maar als het verwordt tot een systeem waarbij je soms méér inlevert dan je verdient, dan is de rechtvaardigheid in discussie. Het individualistische emancipatorische beleid van diverse regeringen heeft geresulteerd in de culminatie van deze regelingen. Het wordt tijd dat hier een einde aan komt.”
Creatief rekenen
Het geeft volgens Dijkgraaf te denken dat een kabinet waar de VVD in zit –een partij die permanent campagne voert onder de noemer ”Werken moet lonen”– dit soort keuzes maakt. „Je mag toch verwachten dat óók de VVD vindt dat de eenverdiener zijn brood waardig is? Wij zullen het kabinet hierop aanspreken.”
De SGP meldde vanmorgen ook opnieuw Kamervragen aan Wiebes te zullen stellen over het feit dat eenverdieners tot wel vijf keer zo veel belasting betalen als tweeverdieners met hetzelfde gezinsinkomen. Volgens Dijkgraaf heeft de VVD-bewindsman zich in zijn vorige week verschenen Kamerbrief schuldig gemaakt aan „creatief rekenen.” Hierin stelde hij dat een eenverdienershuishouden met 36.000 euro inkomen niet moet worden vergeleken met een tweeverdienershuishouden met twee keer 18.000 euro, maar met een tweeverdienersgezin waar 72.000 euro wordt verdiend. Dijkgraaf: „Wiebes stelt dat hij uitgaat van twee individuen met een gelijk inkomen, maar rekent vervolgens met verschillende inkomens. Ook rekent hij de eigen bijdrage van de kinderopvang ineens als belasting door. Blijkbaar wordt alles op alles gezet om het belastingsysteem niet eerlijker te hoeven maken.”