De Amerikaanse regering is van plan de soevereiniteit op 30 juni over te dragen aan een Iraakse regering. Die regering gaat vermoedelijk vooral bestaan uit Irakezen die nu in de bestuursraad zitten. Van hen moet Al–Sadr niets hebben: zij zijn collaborateurs die het Iraakse volk niet vertegenwoordigen. De militie van Al–Sadr, het Leger van Al–Mahdi, is sinds kort in opstand tegen de westerse bezettingsmacht in Irak.

De situatie in Irak ziet er zo somber uit, dat politici en commentatoren steeds vaker de vergelijking met die andere hopeloze oorlog trokken waarin de Verenigde Staten verzeild waren geraakt: Vietnam. Waarnemers en opiniepeilers zagen ook steeds vaker het woord ’moeras’ opduiken, als er over Irak wordt gesproken.

Dinsdag werd de inhoud bekend van de toespraak die de invloedrijke Democratische senator Ted Kennedy maandag hield bij een wetenschappelijk instituut in Washington. „Irak is het Vietnam van George Bush, en dit land heeft een nieuwe president nodig”, aldus Kennedy.

De senator beschuldigde Bush ervan onder valse voorwendselen Irak te zijn binnengevallen, omdat het land nooit een bedreiging vormde voor de VS. Daardoor werd de aandacht van Washington afgeleid van de bestrijding van terrorisme in Afghanistan en kreeg het terroristennetwerk al–Qaeda jaren de tijd om zich te hergroeperen en cellen in westerse landen op te zetten. Kennedy zei dat „de waarheid het eerste slachtoffer was van de regering–Bush”.