Oppositiepartij Die Linke herkiest leidersduo
MAAGDENBURG (ANP/DPA). De Duitse oppositiepartij Die Linke gaat door met Katja Kipping (38) en Bernd Riexinger (60) als boegbeelden. Het leidersduo, sinds 2012 aan de macht, kreeg zaterdag tijdens het congres in Maagdenburg een nieuwe termijn voor twee jaar. De steun in de achterban was minder massaal dan de vorige keer, hoewel er geen tegenkandidaten waren.
Beide kopstukken drongen voor de stemming in hun toespraak aan op een fundamentele wijziging van de politieke koers. Kipping richtte scherpe pijlen op de socialistische vrienden. Het Oost-Duitse parlementslid noemde de SPD „vleesgeworden opportunisme”. SPD-leider Sigmar Gabriel verweet ze „politieke draaierij van een windvaantje”. CDU-voorzitter Horst Seehofer zette ze wegens diens vreemdelingenbeleid weg als „grensfetisjist”.
De West-Duitse vakbondsman Riexinger toonde ook zelfkritiek. Hij bestempelde het resultaat in de jongste deelstaatverkiezingen als een „zware nederlaag” en riep de partij op „weerbaarder en brutaler” te worden. De partij verloor veel aanhang, onder meer ook aan de AfD. De ‘Linksen’ beschouwen deze populistische groepering als het grootste gevaar ter rechterzijde en waarschuwen steevast voor de ‘ruk naar rechts’, die overal in Europa dreigt.
De bijeenkomst werd kort na de opening verstoord door een incident. Een activist drukte Sahra Wagenknecht, prominent op de voorste rij, een bruine roomtaart in het gezicht. De fractievoorzitter van de Linke in de bondsdag keerde pas drie uur later terug in de vergadering. De 23-jarige dader werd aangehouden maar na verhoor vrijgelaten. Zijn „antifascistisch initiatief” was een reactie op de opmerking van Wagenknecht dat niet iedere vluchteling naar Duitsland kan komen.
Het slachtoffer was vooral verbijsterd doordat ze werd vergeleken met AfD-politica Beatrix von Storch, die in februari werd ‘getaart’. „Het is een belediging om met mevrouw Von Storch over een kam te worden geschoren. Gewoonweg onbeschoft.” Kipping nam het voor haar op. „Dit was een aanval op ons allen.”