Aandacht voor vermiste oorlogsvliegers
DEN HAAG (ANP). Het kabinet buigt zich deze zomer over het „zeer zorgvuldig omgaan” met de resten van oorlogsvliegers die zich nog in de Nederlandse bodem bevinden. Dat zei minister Stef Blok dinsdag in de Tweede Kamer.
Er zouden nog stoffelijke overschotten van ruim duizend in de Tweede Wereldoorlog vermist geraakte vliegers in de grond liggen, zo viel recent op te maken uit een analyse van de NOS in samenwerking met de Studiegroep Luchtoorlog 1939-1945.
Daarmee moet volgens Blok „met alle mogelijke respect” worden omgesprongen. Er is geld beschikbaar voor gemeenten die bereid zijn om te bergen. Wel moet er gekeken worden naar de verhouding tussen de verzoeken van nabestaanden en de internationale regel dat je een wrak met rust hoort te laten als het eigenlijk als graf dient.
Michiel van Veen van de VVD, die de kwestie aankaartte, is blij met de toezegging van Blok: „We hebben een morele verplichting als land om alles op alles te zetten om deze mensen te bergen. Zij gaven hun leven voor onze vrijheid.”