Partijen verlaten regering Antillen
De Curaçaose vakbondspartij PLKP, de Democratische Partij van Bonaire (PDB) en de National Alliance (NA) van Sint-Maarten hebben maandag hun steun aan het gevallen Antilliaanse kabinet ingetrokken.
De regering viel in de nacht van zondag op maandag, nadat de Nationale Volkspartij (PNP) had besloten niet langer samen te werken met de Frente Obrero Liberashon (FOL), de partij van premier Mirna Louisa-Godett.
Partijleider William Marlin van de NA, die met één zetel in de Staten is vertegenwoordigd, maakte bekend dat de NA-minister van Constitutionele Zaken en de staatssecretaris van Justitie hun ontslag bij de gouverneur hebben ingediend. „Het heeft geen zin deel uit te blijven maken van een kabinet dat niet langer de meerderheid heeft in het parlement”, aldus Marlin.
De PLKP en de PDB waren zondag nog bereid FOL-minister van Justitie Ben Komproe de tijd te geven tot maandagmiddag 12.00 uur (lokale tijd) zijn ontslag in te dienen. „Maar dit heeft hij geweigerd. Hiermee houdt ook voor ons de samenwerking op”, aldus Errol Cova (PLKP). Ook Jopie Abraham (PDB) is verbolgen dat Komproe de eer niet aan zichzelf heeft gehouden.
De coalitiepartijen wilden dat Komproe opstapte omdat hij zijn functie als minister van Justitie misbruikte om het kopstuk van zijn partij, Nelson Monte, een voorkeursbehandeling te geven. De tot 3,5 jaar celstraf veroordeelde partijadviseur verbleef in het ziekenhuis terwijl hij eigenlijk naar de gevangenis had gemoeten. Vervolgens loog Komproe erover tegen zijn coalitiegenoten.
Als Komproe maandag wel was afgetreden, was er wellicht nog een lijmpoging van het kabinet-Godett mogelijk geweest. De coalitiepartijen planden voor maandagavond een vergadering over de toekomst van de Antillen en over de parlementsvergadering over Komproe die voor dinsdag op de agenda stond.
PNP-minister van Financiën en partijleider Ersilia de Lannooy diende maandag als eerste haar ontslag in bij gouverneur Goedgedrag, samen met haar partijgenoot van Volksgezondheid, Joan Theodora-Brewster. Later besteeg PLKP-minister van Economische Zaken Errol Cova de trappen naar het gouverneurspaleis, samen met zijn partijgenoot Wini Poulo, staatssecretaris van Arbeidszaken. De PDB-minister van Onderwijs en de staatssecretaris van Jeugdzaken boden ook hun ontslag aan, zei partijleider Abraham.
Leider Julian Woodley van de Democratische Partij van St.-Eustatius, de enige partij die nog deel uitmaakt van de coalitie met de FOL, was niet bereikbaar voor commentaar.