Kerk & religie

Bewaring

1 Petrus 2:7a

Adrianus van Herwaarden
22 April 2016 08:25Gewijzigd op 16 November 2020 03:03

„U dan, die gelooft, is Hij dierbaar.”

Veel tegenspoed kan de gelovigen overkomen. Het is voor hen onbekend of zij nog een liefelijke weg te bewandelen zullen hebben, of dat een zware beker van lijden aan hen zal worden gegeven. Wie weet of niet de ene jobstijding na de andere hun allerlei droevige tijdingen zal komen brengen, of zij nog niet in de diepste armoede en smart hun dagen zullen moeten doorbrengen?

Een geringe omstandigheid kan de zon van voorspoed veranderen. Wie zal hen voor ellende, moeite en druk bewaren? Maar hoe moeilijk hun pad ook is, dit weten, dit geloven zij: Jezus zal hen nimmer verlaten. Laten vrij de stormen loeien, de baren der zee zich verheffen en hun ranke kiel schudden, Jezus is bij hen in het schip. Tot Hem zullen zij hun stem verheffen en in Zijn liefde-armen zich verbergen. Jezus zal hun rots zijn om in te wonen. Hij zal hun scheepje behouden naar Kanaän overvaren.

Vallen hun geestelijke vijanden nog op hen aan, zullen zij nog andermaal de ziel in de engte brengen, zal het vuur der beproeving nog heet worden? Geen nood, Jezus, hun machtige Koning, zal hen beschermen, Zijn macht, Zijn liefde zal Hij voor hen in het werk stellen en nooit toelaten dat zij een prooi van hun vijanden worden. Zij geloven Zijn woord. Zij vertroosten zich ermee dat niemand Jezus’ schapen uit Zijn hand zal rukken.

Adrianus van Herwaarden,
predikant te Opheusden

(”Door de bliksem getroffen”, 1855)

Meer over
Meditatie

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer