De Nederlandse Vereniging van Makelaars en Taxateurs (NVM) maakte de kwartaalcijfers donderdagmorgen bekend. Het aantal transacties nam toe en de prijzen van huizen stegen vergeleken met een jaar eerder.

„De regionale verschillen blijven echter groot”, zegt NVM-voorzitter Ger Hukker als verklaring bij de cijfers. „Vooral de stedelijke gebieden presteren goed.”

De gemiddelde prijs van een woning is het afgelopen kwartaal gestegen met 1 procent vergeleken met het laatste kwartaal in 2015. De stijging bedraagt 5,5 procent ten opzichte van het eerste kwartaal van 2015. „De gemiddelde prijs van een verkochte woning ligt nog ruim 9 procent onder het niveau bij het begin van de crisis, maar wel 11,3 procent hoger dan op het dieptepunt”, aldus Hukker.

Het gemiddelde aantal dagen dat een huis te koop staat, daalde met 17 tot 108. Het aantal woningen dat te koop staat, neemt ook steeds sneller af. Halverwege het eerste kwartaal van 2016 stonden er bij NVM-makelaars 117.256 woningen te koop. Dat is 17 procent minder dan een jaar geleden.

Hukker spreekt van mooie cijfers, maar ziet ook een keerzijde. Hij noemt de haperende doorstroming, voorzichtigheid bij consumenten en gebrek aan nieuw aanbod van koopwoningen en goede huurwoningen. „Dat is eigenlijk vreemd, met het huidige prijsniveau van woningen, de absurd lage hypotheekrente en een groter consumentenvertrouwen.”

De Vereniging Eigen Huis maakte vanmorgen bekend dat jongeren tot 30 jaar minder positief zijn over de woningmarkt dan vier jaar geleden, terwijl ouderen juist optimistischer zijn geworden. Jongeren hebben te kampen met aangescherpte hypotheekeisen en bovendien zien zij de huizen­prijzen in veel plaatsen weer stijgen.