Buitenland

Oekraïne ziet de EU als de weg uit de armoede

Kiev is de meest pro-Europese stad in de wereld, zegt iemand. En dat lijkt zeker geen grapje. Want het is moeilijk in de Oekraïense hoofdstad mensen te vinden die twijfelen over het Europees associatieakkoord. „Nederland kan Poetin geen groter plezier doen dan tegen te stemmen.”

5 April 2016 19:01Gewijzigd op 16 November 2020 02:39
Staan de neuzen van Nederland en Oekraïne in dezelfde richting? Dat is de vraag die de kiezer woensdag beantwoordt. Foto: premier Rutte (l.) ontving eind vorig jaar de Oekraïense president Porosjenko (r.) in het Catshuis. beeld ANP, Jerry Lampen
Staan de neuzen van Nederland en Oekraïne in dezelfde richting? Dat is de vraag die de kiezer woensdag beantwoordt. Foto: premier Rutte (l.) ontving eind vorig jaar de Oekraïense president Porosjenko (r.) in het Catshuis. beeld ANP, Jerry Lampen

Kiev zit vol vrienden van de EU

In elk land is de Amerikaanse ambassadeur een belangrijk man. In Oekraïne is Geoffry Pyatt nog weer een beetje belangrijker. Dit land staat sinds 1991 namelijk in de top 5 van ontvangers van Amerikaanse hulpgelden.

Toen Pyatt eind juli 2013 met zijn geloofsbrieven naar Oekraïne kwam, bevond toenmalig president Janoekovitsj zich in Jalta. In die stad op de Krim (het schiereiland dat inmiddels door de Russen is ingepikt) sprak de president uitgebreid en enthousiast over het associatieverdrag dat hij met de Europese Unie aan het sluiten was.

De ambassadeur raakte overtuigd. Nog altijd ziet die dit verdrag als de beste overeenkomst die de huidige generatie in Oekraïne kan sluiten.

President Janoekovitsj verslikte zich later lelijk in het verdrag en moest letterlijk vluchten om zich het vege lijf te redden. Maar nu sluit zijn opvolger dit verdrag alsnog.

In het kantoor van die opvolger, Petro Porosjenko, zijn de verwachtingen hooggespannen rond de Nederlandse volksraadpleging komende woensdag. Op tafel staat een schaal met chocolaatjes uit Porosjenko’s eigen Roshenfabriek.

Een medewerker meldt dat Oekraïne „zeer teleurgesteld” zou zijn als Nederland nee zegt. „Het doel van de opstand op het Maidanplein was richting Europa te komen. Mensen stonden bij min 20 met de Europese vlag in hun handen. Sommigen zijn er zelfs mee gestorven. Nee, het zou een domper geven als Nederland tegenstemt.”

Bloed

Maidan en de doden met de Europese vlag in hun hand. Dat zijn de beelden die veel bronnen in Kiev doorlopend in herinnering roepen. „Wij staan op bloed”, zegt parlementslid Alex Ryabtsjin. „Er staan zielen achter ons. Dat geeft ons een mandaat.”

De mensen die stierven met de EU-vlag in hun hand, stierven niet voor de talloze EU-voedselrichtlijnen, zegt een westerse functionaris in Kiev. „Zij vielen voor de Europese waarden. Zij stierven voor een staat die de mensen dient, in plaats van mensen die een staat dienen.”

Het is uiteindelijk de rechtsstaat die de Oekraïners wensen. Een samenleving waarin burgers hun rechten uitoefenen zonder daar smeergeld voor te hoeven betalen.

Anderen spreken daarom niet van de Maidanopstand maar van een „revolutie van de waardigheid.” En hoe wrang zou het dan zijn als een van de meest welvarende landen ter wereld die waardigheid zou afkeuren? Er loopt een rechte lijn van de opstand tegen het bewind van (de corrupte) president Janoekovitsj naar het Europese samenwerkingsverdrag.

Alle Europees gezinden in Kiev –inclusief Nederlandse diplomaten– sluiten zich aan bij deze ”Maidanredenering”. Ook minister Pavlo Klimkin (Buitenlandse Zaken) onderstreept de gedachtegang. „Voor deze Europese toekomst hebben wij gevochten op Maidan”, zegt hij in een toelichting aan een groep Nederlandse journalisten. „Dus ik droom ervan dat Nederland ja stemt.”

Hij kan zich nauwelijks anders voorstellen, zegt hij. „Er staan 45 miljoen Oekraïense burgers met hun neus naar Europa. Dat moet een open economie als de Nederlandse toch aanspreken, zou ik zeggen.”

Wereldmarkt

Als landbouwminister is Oleksi Pavlenko vooral geïnteresseerd in handel. En ook om die reden is dit verdrag met de EU belangrijk. „Positief voor beide kanten”, zegt hij zelfs. „Sinds januari staan onze markten voor elkaar open. Geweldig is dat. In Oekraïne zijn meer dan 40 miljoen consumenten voor Europese producten. En onze spullen voldoen ook aan de EU-normen. Via de EU kunnen we ze ook weer uitvoeren naar andere wereldmarkten.”

Honderd jaar geleden gold Oekraïne als de graanschuur van Europa. Onder Stalin veranderde dat. Er stierven zelfs 3 miljoen mensen in de Holodomor (hongersnood). Inmiddels is de export van graan, eieren en olie van Oekraïne weer op het oude peil, zegt Pavlenko.

Hij deelt boekjes uit die dat onderstrepen. In 2014 waren alleen de Verenigde Staten een grotere graanexporteur dan Oekraïne. Met zonnebloemolie was Oekraïne in dat jaar zelfs de grootste uitvoerder. De export naar de Europese Unie is groot, maar Azië wint het toch. Vooral India is een enorme afnemer van Oekraïense zonnebloemolie.

Oekraïne telt 2,4 miljoen boeren, alleen kampen die met verouderde machines. „Door dit akkoord krijgen investeerders ook beter toegang.”

Minister Pavlenko studeerde aan Nyenrode in Breukelen en werkte bij ABN AMRO. Hij is bekend met de Nederlandse situatie. In Nederland zei iemand hem ooit dat je „een fiets kunt eten, maar niet in één keer.” Dat is voor hem symbolisch voor een Oekraïense toetreding. „Het is een droom, ook al duurt die lang.”

Ook in het presidentieel kantoor wordt er geen termijn voor toetreding genoemd. „Dit zal op zijn vroegst pas over twintig jaar zijn.”

Deur

Als minister van Buitenlandse Zaken is Klimkin regelmatig in EU-lidstaten. Hij erkent eerlijk dat de verschillen groot zijn. „Het Oekraïne dat ooit op de deur van de EU klopt om lid te worden, zal een heel ander land zijn dan wij nu zien. Het zal eerst veel hervormingen vereisen. Maar het zal wel een keer gebeuren. Ik ben ervan overtuigd dat wij een Europese toekomst hebben.”

De viceambassadeur van de Europese Unie in Kiev, Thomas Frellesen, denkt dat de EU voor Oekraïners vooral een „symbool van vernieuwing” is. „Het is blijkbaar de drager van het leven in een eigentijdse samenleving. Dit verdrag belichaamt die hoop.”

Volgens Frellesen is 6 april voor Oekraïne een belangrijke datum. „Op dit moment volgt dit land het EU-model. Dat is een enorme verbetering als het gaat om de ontwikkeling van de rechtsstaat. Dat proces moet je niet ontmoedigen.”

Als Nederland nee zegt, zal de oude garde daarop reageren met: „Zie je wel, al die hervormingen waren niet nodig. Alles wat we hebben bereikt in de strijd tegen corruptie, komt dan weer op losse schroeven”, aldus Frellesen.

Oorlog

Intussen gaat de oorlog met Rusland in het oosten van Oekraïne gewoon door. „Dat is geen oorlog van Poetin tegen Oekraïne, maar tegen Europa”, verzekert minister Klimkin.

Klimkin denkt dat het Kremlin gefrustreerd is omdat zijn eigen Euraziatische Unie nooit iets is geworden. De vorige president van Oekraïne, Viktor Janoekovitsj, weigerde in 2012 op die trein te stappen. De andere deelnemende landen, zoals Wit-Rusland en Kazachstan, leggen te weinig gewicht in de schaal om de Euraziatische Unie tot een succes te maken.

Klimkin: „De Euraziatische Unie heeft niet de rechtsstaat als uitgangspunt. Poetin probeert verdeel-en-heers te spelen in de Europese Unie. Maar daar moet Nederland als de meest open samenleving in de wereld zich niet door laten leiden. Dit referendum gaat over de toekomst van Europa. En het zou een schande zijn als Poetin die toekomst bepaalde.”

Trap niet in de val van Poetin, zegt een hoge Amerikaanse diplomaat in Kiev, op basis van anonimiteit. „Rusland had dit verdrag kunnen gebruiken om rijk van te worden. De EU heeft zich opengesteld voor Russische suggesties, maar daar is geen gebruik van gemaakt. Het Kremlin wil Oekraïne steeds gebruiken voor een confrontatie met de Amerikanen, maar daar doen wij niet aan mee.”

Volgens Frellesen is „dit associatieakkoord de grootste bedreiging voor Poetin. Veel Russen zullen zeggen: Waarom zijn de Oekraïners slimmer dan wij?”

Tegelijk heeft dit een andere kant. „Je kunt Poetin geen groter plezier doen dan tegen te stemmen.”

Een Amerikaanse diplomaat sluit zich daarbij aan. „Als je wilt weten wat de alternatieve toekomst voor Oekraïne is, kijk dan naar Rusland. Dan biedt het verdrag met de EU toch betere perspectieven.”

Oppositie

In Kiev zijn moeilijk verklaarde tegenstanders van de Europese oriëntatie van Oekraïne te vinden. Zelfs de vertegenwoordiger van het Oppositieblok (de voortzetting van de Partij van de Regio’s van ex-president Janoekovitsj) staat positief tegenover de Europese aspiratie van de EU. Oleksandr Puzanov: „Op dit moment kost dit ons wel veel geld, omdat onze producten nog niet zijn afgestemd op de Europese markt. In Polen heeft de EU destijds veel geld geïnvesteerd om dat land bij de aanpassing te helpen. Ik vind dat wij dat ook moeten krijgen. Ook zie ik nog weinig van de investeringen die ons waren beloofd als gevolg van dit verdrag.”

Ondanks zijn kritiek hoopt Puzanov hoopt toch dat zijn land „op de lange termijn” naar het westen kruipt. „Ik zou het geweldig vinden als ons land zou toetreden tot de EU. Dat zou een garantie kunnen zijn dat we niet altijd een arm land hoeven te blijven.”


Van Elsuwege: Verdrag ook bij ”nee” niet van tafel

Mocht de Nederlandse kiezer het Europees associatieakkoord afwijzen, dan blijft dit verdrag toch gewoon bestaan. Dat verwacht dr. Peter Van Elsuwege, docent Europees recht aan de Universiteit Gent. De kiezer spreekt zich immers niet uit over het verdrag zelf, maar over de vraag of Nederland partij moet zijn bij dit verdrag, aldus de Vlaamse jurist.

Mocht de meerderheid van de kiezers tegen stemmen, dan zijn er volgens Van Elsuwege diverse mogelijkheden. De eerste is dat Nederland aan het verdrag een verklaring toevoegt dat dit akkoord geen opstapje is naar het EU-lidmaatschap van Oekraïne. „Daarmee zou Nederland het signaal van het referendum erkennen.”

Een andere mogelijkheid is dat Den Haag aan Brussel vraagt of er een protocol kan worden toegevoegd aan de officiële verdragstekst. „Dat lijkt hetzelfde maar is het niet. Zo’n protocol moet immers door alle verdragspartijen worden goedgekeurd.”

Een derde mogelijkheid is dat premier Rutte tijdens een top zal proberen het hele verdrag terug te draaien. Van Elsuwege acht dat echter zeer onwaarschijnlijk. „Deze overeenkomst is in alle parlementen goedgekeurd. Het terugdraaien daarvan zou zeer ondemocratisch zijn.”

Wel acht Van Elsuwege het denkbaar dat Nederland een soort ”opt-out” krijgt voor bepaalde delen van het verdrag. „Dat betreft de bepalingen die specifiek voor de lidstaten gelden. Ik denk daarbij aan de vereenvoudiging van de toegang tot de arbeidsmarkt.”

Verreweg de meeste bepalingen echter liggen op het niveau van de Europese Unie als geheel, zegt Van Elsuwege. „Om die reden is een groot deel van het verdrag nu al voorlopig in werking getreden. De Europese Commissie heeft een voorstel gedaan welke artikelen dit betreffen, en de lidstaten hebben dat overgenomen. Juridisch gezien kan Nederland dus altijd aan dat EU-deel blijven meedoen. Of dat politiek mogelijk is, is natuurlijk iets anders. Dat politieke antwoord zal de Nederlandse regering zelf moeten geven zodra de uitslag er is.”


Vlag als teken van hoop

Oekraïners houden van vlaggen, en zeker ook van de Europese. Op veel plaatsen in de hoofdstad Kiev valt de nationale tweekleur te zien naast het gele sterrenkrans van de EU.

Bij sommige regeringsgebouwen zou de onwetende voorbijganger denken dat Oekraïne al is toegetreden tot de Europese Unie. Voor het ministerie van Buitenlandse Zaken bijvoorbeeld hangt de EU-vlag tussen een hele rij Oekraïense.

De minister van Landbouw, Pavlenko, heeft de EU-vlag zelfs achter het bureau op zijn werkkamer staan.

Die vlag voor zijn ministerie is een „symbool”, zegt minister Klimkin (Buitenlandse Zaken). „Het geeft onze idealen aan. Het is een teken van onze democratische gezindheid en ons respect voor mensenrechten.”

Ook de tweede man van de Europese ambassade, Thomas Frellesen, is het opgevallen dat de Oekraïners houden van de blauwe vlag met de gele sterren. „Tijdens de opstand zag je soms niet anders. Het geeft volgens mij de aspiratie van het land aan.”

Klimkin haalt zijn schouders op bij de vraag of de Oekraïense regering gerechtigd is deze vlag te laten wapperen. „De Raad van Europa voert dezelfde vlag, en daar is Oekraïne officieel lid van. Dus er is weinig tegen als wij die vlag laten wapperen, denk ik.”

Frellesen heeft „eigenlijk geen idee” of de vlag van zijn eigen organisatie beschermd is. „Ik weet dat je hem niet voor een commercieel doel mag gebruiken. Maar verder weet ik het niet. Maar omdat het ook de vlag van de Raad van Europa is, kun je ministeries moeilijk verbieden die vlag te gebruiken.”

RD.nl in uw mailbox?

Ontvang onze wekelijkse nieuwsbrief om op de hoogte te blijven.

Hebt u een taalfout gezien? Mail naar redactie@rd.nl

Home

Krant

Media

Puzzels

Meer