Cruciale SGP-stem bij referendum kan alle kanten op
DEN HAAG. De stem van de SGP-achterban kan bepalend zijn voor de uitslag van het Oekraïnereferendum, zo gonst het al enige tijd rond in kabinetskringen. Wist premier Rutte nu maar wat die kiezers volgende week woensdag zullen doen.
Gaan ze überhaupt stemmen? En wat dan: voor of tegen? Hoe zou het hem kunnen vergaan als hij zich verdiepte in publicaties binnen de gereformeerde gezindte?
Ter oriëntatie pakt de minister-president De Saambinder –het lijfblad van de Gereformeerde Gemeenten– van zijn bureau. Al snel zinkt de moed hem in de schoenen. Ds. G. J. van Aalst meldt in zijn column dat hij niet gaat stemmen. „Dit hele referendum is feitelijk niets anders dan een verkapte opiniepeiling over iets wat niet aan de orde is”, namelijk de vraag of de EU verder moet uitbreiden. Gelukkig laat de predikant het wel aan de kiezers zelf over of ze zijn voorbeeld volgen of niet, denkt Rutte.
Enkele weken terug was de premier niet al te vrolijk geworden van wat hij las in ”In het Spoor”. Daarin roept de Landelijke Stichting ter bevordering van de Staatkundig Gereformeerde beginselen mannen weliswaar op om te gaan stemmen („het geven van een advies bij dit raadgevend referendum kan Bijbels gezien niet als ongeoorloofd worden beschouwd”), maar dan wel tégen het associatieverdrag („De EU tracht opnieuw meer macht naar zich toe te trekken”).
Mannenbroeders
Koortsachtig surft Rutte daarom naar de website van de SGP. Op de mannenbroeders moet hij toch kunnen rekenen? Die stemden immers vóór het verdrag? „Daar staan wij nog altijd achter”, leest de premier. Dat komt dus goed!
Maar waar staat de aansporing aan de achterban om óók voor te stemmen? Ja, daar zal het zijn. Ruttes ogen haasten zich over de alinea’s met voor- en tegenargumenten richting de conclusie: „De SGP kiest ervoor om geen stemadvies te geven, ook niet om wel of niet te gaan stemmen.”
„Dit kan niet waar zijn”, stamelt de premier, terwijl hij vlug verder leest. „We laten die keus graag aan mensen zelf over.”
Zijn vingers gaan weer op het toetsenbord: www.christenunie.nl. Die partij –hoewel tegen referenda– is toch óók voor het verdrag? Zou de CU-kijk op de zaak SGP’ers over de streep trekken om vóór te gaan stemmen?
„Adviseert de ChristenUnie mij om te gaan stemmen bij het referendum?”, ziet Rutte staan. „Ja, de ChristenUnie vindt het belangrijk dat burgers gebruik maken van hun stemrecht, ook bij referenda”, luidt het antwoord.
Dat is winst, denkt de premier. En wat moeten de mensen dan stemmen? „De ChristenUnie is zelf vóór het associatieverdrag.” Mooi hoor, vindt Rutte. Maar had daar nu geen krachtiger stemadvies kunnen staan? Iets van: „Stem voor!”, of zo?
In de kou staan
Ineens schiet hem te binnen dat het actiecomité WelPeil –net als Rutte van protestants-christelijke huize– campagne voert vóór het verdrag. Wat zouden de mensen van WelPeil ervan zeggen? „Laat Oekraïne op 6 april niet in de kou staan”, meldt de site. „En mij ook niet”, schiet het door Ruttes hoofd. In vette letters staat er nog meer: „Stem JA!”
Opgelucht pakt Rutte zijn telefoon. Hij toetst het nummer in van de Rijksvoorlichtingsdienst. „Kunnen wij nog snel bijdragen aan wat meer naamsbekendheid van de website van WelPeil onder de SGP-achterban? ’t Is wel niet erg gebruikelijk, maar het zou ons enorm kunnen helpen.”