PvdA-raadslid Rotterdam stapt op
Hans Kombrink, gemeenteraadslid voor de PvdA in Rotterdam, stapt per 1 mei uit de gemeentepolitiek. Hij gaat zich met nieuwe dingen bezig houden, zowel in de vrijwillige als in de beroepsmatige sfeer.
Dat heeft hij donderdag bekendgemaakt.
Volgens PvdA-fractievoorzitter B. Cremers verliest de Rotterdamse politiek een zwaargewicht. „Als voormalig wethouder hoort Kombrink thuis in het illustere rijtje van mensen als Van der Ploeg, Riesenkamp en Vermeulen. Mensen die met hun inzet en betrokkenheid het aanzicht van de stad veranderd hebben en de kwaliteit van leven verbeterd”, aldus Cremers.
Kombrink kwam tien jaar geleden als wethouder naar Rotterdam. Na de laatste verkiezingen, waarin de PvdA in de oppositie terechtkwam, betekende dat het einde van zijn wethouderschap. Bewust bleef hij lid van de raadsfractie. Hij wilde direct betrokken blijven bij het uitzetten van nieuwe lijnen door de PvdA en de fractie met veel nieuwkomers behulpzaam zijn met zijn kennis en ervaring op veel beleidsterreinen.
In zijn tijd als wethouder is hij aanjager geweest van de culturele sector in Rotterdam. Er werden grote investeringen gedaan, zoals de bouw van het Nieuwe Luxortheater, de reconstructie van de Witte de Withstraat, de beeldenroute langs de Westersingel en de ontwikkeling van het Westelijk Handelsterrein. Onder zijn wethouderschap is ook de skyline van de stad veranderd. De Kop van Zuid kwam tot ontwikkeling, evenals binnenstedelijke woningbouwlocaties. De langdurige impasse rond Rotterdam Airport is onder zijn leiding doorbroken, dat leidde tot een akkoord met alle betrokkenen, waarin de nachtsluiting en de maximale geluidshinder zijn vastgelegd.
Kombrink begon zijn politieke carrière in Den Haag, als kamerlid voor de PvdA, eind 1972. Korte tijd was hij staatssecretaris van Financiën en keerde daarna weer terug in de kamer. Voordat hij naar Rotterdam kwam was hij vier jaar directeur-generaal bij het ministerie van Defensie.
Deze week besloot de afdelingsvergadering van de Rotterdamse PvdA dat de oude garde raadsleden moest plaatsmaken voor een jongere lichting. Kennelijk is dat besluit voor Kombrink mede aanleiding geweest om het pluche al snel te verlaten.