Lijdenstijd: Rivier uit het paradijs
„En Jezus zeide tot hem: Voorwaar zeg Ik u: Heden zult gij met Mij in het paradijs zijn” (Lukas 23:43).
Het beeld van een woestijn is doorgaans dat van een uitgestrekte zandvlakte, zoals in de Sahara. Of dat van een onherbergzame dorre en steenachtige wildernis. En in veel gevallen klopt dat ook wel.
Maar her en der kom je tekenen van leven tegen. Zoals hier, in de Negevwoestijn in Israël. Een strook vegetatie die zich tot aan de verre horizon uitstrekt. Waar struiken zijn, is water. En dus moet hier ooit een rivier hebben gelopen. Als heftige regens de woestijn teisteren, lopen deze beddingen vol en hernemen de waterstromen weer even hun loop. Totdat de hitte de overhand neemt.
Deze struiken staan in de bedding van de rivier de Gihon. Hoewel geleerden erover twisten, zou dit een van de rivieren kunnen zijn die uit het paradijs ontsproten (Genesis 2:13). In Jeruzalem bevindt zich de Gihonbron, de belangrijkste aanvoer voor het badwater van Siloam.
Dat zijn speculaties over het aardse paradijs. Maar Jezus beloofde de moordenaar aan het kruis het hemelse paradijs. Voorwaar en heden.
Dit is het tweede deel in een serie over de lijdenstijd, belicht vanuit beelden van de woestijn in Israël. De serie loopt tot en met zaterdag.