Peiling: meer zorgvuldigheid rond abortus
DEN HAAG. Alternatieven voor abortus zijn in Nederland te weinig in beeld. Zestig procent van de bevolking vindt dat er vaker moet worden gekeken naar de mogelijk van bijvoorbeeld adoptie of plaatsing in een pleeggezin.
Dat blijkt uit onderzoek van TNS NIPO onder een representatieve steekproef van bijna duizendNederlanders, in opdracht van de SGP. Het onderzoek werd woensdag gepresenteerd.
Een meerderheid van 58 procent noemt het verder belangrijk dat de redenen voor een abortus of het uitdragen van een zwangerschap in Nederland worden geregistreerd. Ruim een kwart (28 procent) is het daar helemaal mee eens; 30 procent laat weten het hiermee tamelijk eens te zijn.
Het is de deelnemers aan het onderzoek niet om het even wat de motivatie van vrouwen is om voor abortus te kiezen. Is dat omdat een kind niet te combineren is met het werk, dan vindt 68 procent dat niet geoorloofd. Is dat omdat de moeder haar opleiding nog niet heeft afgerond of omdat er geen goede woonruimte is, dan wijst 61 respectievelijk 60 procent dat af. De afwijzende houding vertaalt zich echter niet in steun voor het standpunt dat de huidige abortuswet moet worden aangescherpt. Slechts 14 procent wil de praktijk „enigszins” dan wel „sterk” beperken, terwijl 30 procent juist een zekere versoepeling wil.
Groot is ook het draagvlak voor het aborteren van gehandicapten. Bij een verstandelijke of lichamelijke handicap in combinatie met een verkorte levensverwachting, mag dat volgens 75 procent. Een open ruggetje ziet 60 procent als geldige reden, voor hetdownsyndroom is dat 47 procent.
Onduidelijk blijft in hoeverre de bevolking het wenselijk vindt dat twijfelende vrouwen vóór de abortus in aanraking worden gebracht met onafhankelijke hulpverleners.
Enerzijds is 81 procent het eens met de stelling dat ongewenst zwangere vrouwen bij twijfel altijd moeten worden doorverwezen voor advies. Een kleine 60 procent vindt tegelijkertijd dat huisartsen twijfelende vrouwen meteen mogen doorsturen naar een abortuskliniek.
SGP-leider Van der Staaij zei vanochtend met het onderzoek in de hand nog krachtiger stelling te willen nemen in het abortusdebat. „Het blijkt dat we abortus niet in alle opzichten zo normaal vinden als weleens wordt gedacht.”