Zondag blijft belangrijk in binnenvaart
De binnenvaart roeit tegen de stroom op. Terwijl de ontkerkelijking in de maatschappij om zich heen grijpt, is het aandeel schippersgezinnen van hervormden en gereformeerden huize in deze sector de laatste tien jaar juist toegenomen.
De binnenvaart is in beweging. Toch verlopen de ontwikkelingen in de maritieme bedrijfstak tegengesteld aan die in de rest van ons land. Eenvijfde van de Nederlandse gezinnen behoort -volgens onderzoek van de Stichting Watertransport- nog tot een kerk van hervormde of gereformeerde signatuur, terwijl in de binnenvaart de helft van de varende gezinnen een protestants-christelijke of reformatorische achtergrond heeft. Zo’n 18 procent is van rooms-katholieke komaf.
Dit gegeven heeft tot gevolg dat de zondagsrust bij een groot deel van de gezinsbedrijven in de binnenvaart ook in de toekomst blijft gehandhaafd, waaronder bedrijven die werken in de continuvaart, concludeert drs. A. C. C. Hubens in een maandag gepresenteerd rapport. De resultaten van haar onderzoek naar de toekomst van gezinsbedrijven in de binnenvaart, gemaakt in opdracht van zes brancheorganisaties, werden maandag overhandigd door de voorzitter van de Christelijke Bond voor Ondernemers in de Binnenvaart en oud-kamerlid J. T. van den Berg aan diverse betrokkenen.
Ruim driekwart van de binnenvaart bestaat uit schippersgezinnen. „De verwachting is dat het aandeel gezinsbedrijven de komende tien jaar onveranderd hoog zal blijven”, aldus Hubens. Zij baseert haar inschatting op het feit dat het aantal schippersgezinnen de afgelopen jaren nauwelijks is afgenomen en op de „sterke betrokkenheid, de grote inzet en de verknochtheid” aan het varen. Bovendien gaan de gezinsbedrijven mee in de trend van schaalvergroting.
Meer dan de helft van de schippersgezinnen vaart met droge lading op de Rijn, de Duitse kanalen en de Donau. Het aantal familiebedrijven is in dit segment toegenomen. Zo’n 20 procent werkt met droge lading in het binnenland of het noord-zuidvaargebied. Nog eens 20 procent vaart in dit stroomgebied met zand en grind. De container- en de tankvaart tellen maar weinig familiebedrijven.
De onderzoekster pleiten ervoor schippersvrouwen op te leiden om meer dan alleen administratieve taken te laten verrichten. Een meerderheid van hen beschikt niet over belangrijke vaardocumenten. De vrouwen voelen zich eenzamer dan hun mannen, die door hun werk meer contacten hebben.
Uit het onderzoek blijkt dat schippers een hecht gezinsleven hebben. Het aantal alleenstaanden is klein. Schippersgezinnen hebben meer kinderen (2,19) dan de gemiddelde Nederlander (1,72), gaan vaker naar de kerk en de rolverdeling tussen man en vrouw is behoudender. Driekwart van de gezinnen woont aan boord. Binnenvaartschippers komen vaak zelf uit een schippersfamilie. Vrouwen gaan varen door een huwelijk met een schipper.
De keuze voor het vak blijkt vooral ingegeven door het gevoel van vrijheid dat het varen geeft. Ook vinden schippers het prettig eigen baas te zijn. De verdiensten spelen eveneens een rol. De gemiddelde bruto-omzet per jaar is 250.000 euro. De verdiensten in de binnenvaart zijn goed, beaamt C. D. Hovestadt. „Tenminste, dat vindt de Belastingdienst.” Volgens de schipper uit Werkendam is het binnenlands vervoer „een krappe boel”, maar is er in het internationale transport een goede boterham te verdienen.
Schippersgezinnen kennen volgens Hovestadt twee zwarte bladzijden: het onderbrengen van de kinderen in internaten en het krijgen van personeel. Volgens het maandag gepresenteerde onderzoek keren gezinnen met schoolgaande kinderen vaker terug naar de wal. „Het is veel minder vanzelfsprekend geworden dat kinderen naar het internaat gaan”, aldus de onderzoekster.