Synodelid test hotelkamer op Hydepark
DOORN. Waar zitten de stopcontacten? Hangt de spiegel op de goede hoogte? Kan ik zelf de gordijnen dichtdoen? Loes van der Weerd (63) vroeg het zich vrijdag allemaal hardop af toen ze een hotelkamer in het Rooseveltpaviljoen van het nieuwe Hydepark testte op toegankelijkheid voor rolstoelen.
Ze is erin gespecialiseerd. Sinds Van der Weerd drie jaar geleden door progressieve reuma in een rolstoel terechtkwam, heeft ze al ruim veertig hotelkamers getest op gebruiksvriendelijkheid voor mindervaliden. Ze schrijft er regelmatig over op haar Facebookpagina en op de sites van de hotels. En ze merkt dat de hotels wat doen met haar kritiek.
Vrijdag was ze met haar man, tevens haar mantelzorger, op Hydepark in Doorn. Daar neemt zaterdag de eerste groep vakantiegasten die zorg nodig hebben zijn intrek voor een ‘proefweek’. Van der Weerd, tevens synodelid in de Protestantse Kerk in Nederland (PKN), werd door Jack Visser, directeur van de Protestantse Stichting Diaconaal Vakantiewerk, uitgenodigd om vooraf een kamer te komen testen.
De gordijnen krijgt ze gemakkelijk dicht, het bed ligt heerlijk, de wc-rol zit goed vast in de houder, de leuning bij het toilet gaat soepel naar beneden én er is een douchekrukje aanwezig. „Dat is in zo veel hotels niet het geval. Dan is alles aangepast, en moet ik ’s morgens toch nog om een douchekrukje vragen. Tegenwoordig hebben we er standaard eentje achter in de auto liggen.”
Is dan echt álles in orde? „Die hangers in de kast, daar kan ik niet bij. Dus ik kan mijn jas niet ophangen. Maar daar heb ik een mantelzorger voor”, lacht Van der Weerd. „En jurkjes draag ik toch nooit, dus ik hoef niet zo veel op te hangen.”
Er zijn 83 kamers in het nieuwe Hydepark, dat het oude Roosevelthuis en het vroegere conferentieoord en seminarie in zich verenigt. Daarvan zijn er 24 bedoeld voor studenten aan de theologieopleiding van de Protestantse Theologische Universiteit (PThU) en 59 voor gasten en vrijwilligers die een vakantieweek in Doorn doorbrengen. Van de 83 kamers zijn er 34 ingericht voor mindervaliden.
Directeur Visser is trots op het resultaat. „De kamers zijn nu allemaal voorzien van een eigen badkamer, terwijl we in het oude Roosevelthuis één centrale doucheruimte hadden. De faciliteiten zijn er enorm op vooruitgegaan. Mensen genoten ervan om hier te zijn. Dat zal in de nieuwe situatie ook zo zijn. Al kunnen zij slechts alleen met hun ogen knipperen, dan nog laten ze merken dat ze blij zijn om er even tussenuit te kunnen.”
Marloes Nouwens-Keller, woordvoerder van de PKN: „Ik hoorde iemand eens zeggen: „Hier hoef ik tenminste geen luier om.” Daar springen de tranen je toch van in de ogen?”
Al 47 weken zijn volgeboekt, telkens met zo’n 70 gasten. Precies het aantal dat er voorheen ook kwam. Zo’n 1500 gasten verwacht Visser in één jaar te verwelkomen. Het wordt een bont gezelschap, met alle conferentiegangers erbij.
De prijs voor een verblijf moest wel omhoog. Visser: „Van 300 euro per gast en 300 euro per vrijwilliger gaan we nu naar 400 euro per persoon. Dat is nodig vanwege de nieuwe voorzieningen die er zijn.” Nouwens: „Ik heb daar niemand over horen klagen.”
Na de ‘proefweek’, die zaterdag begint, blijven de groepen wekelijks komen. Vanaf 1 maart gaat ook het conferentiegedeelte open. Op 15 april volgt dan de officiële opening. Nouwens: „Dan is ook de tuin aangelegd en alles goed op kleur. Mogelijk nodigen we de Urker Mans Formatie uit –twaalf man sterk– om voor ons en de gasten te komen zingen”
Als verwennerij voor de gasten die zorg nodig hebben, zijn er twee badkamers ingericht. Puur voor de ontspanning. Van der Weerd: „Thuis kan ik niet in bad. Maar hebben jullie ook aan een plankje met geurkaarsjes gedacht? Anders zit je met vervelende luchtjes van je voorganger.” Een medewerker schiet de badkamer in, opent een kastje en haalt er een geurdoosje uit. „Ruik maar. Lekker, hè?”