„Kogge in containers afzinken was optie”
KAMPEN. Het middeleeuwse wrak dat bij Kampen in de IJssel ligt, wordt na lichting volgende week eerst kort op de kade tentoongesteld. Na conservering in Lelystad keert het terug naar Kampen, zegt burgemeester Koelewijn. „Er is een voorlopig plan voor het exposeren in een vitrine, maar we streven naar meer.”
Wat te doen met het wrak van een middeleeuws handelsschip in de IJssel bij Kampen?
Een van de opties waar Rijkswaterstaat naar keek was het in delen naar boven halen van het schip om deze vervolgens in containers af te zinken bij Nijkerk, zegt Koelewijn. „Dat was goedkoper dan het idee het wrak in Kampen te exposeren. Maar alleen als daar een mogelijkheid voor was, kon het schip ook worden geconserveerd.”
De burgemeester nodigde enkele vrijdagmiddagen de hoofdingenieur-directeur Oost-Nederland van Rijkswaterstaat uit om samen met een gedeputeerde van de provincie Overijssel die toekomst te bespreken. „Het is fantastisch als zo’n archeologisch erfstuk wordt gevonden. Maar boven de vondst dreven al snel donkere wolken: wat gaat ons dit kosten.”
Als de kogge zou worden geconserveerd, ging de rekening naar Rijkswaterstaat. Koelewijn nam het voortouw om de kogge voor Kampen te behouden, maar de gemeenteraad was verdeeld.
In juni 2014 stemde een meerderheid van de raad aanvankelijk zelfs tegen behoud van het schip, maar na beraad staakten de stemmen. Rijkswaterstaat besloot vervolgens ook met andere partijen te praten, tot een maand later de raad alsnog akkoord ging.
Grootste struikelblok voor de raadsfracties bleken de financiën. Vandaar dat het huidige plan wellicht wat weinig tot de verbeelding spreekt: een vitrine op een veldje dat nu in de stad vooral als hondenuitlaatplek bekendstaat. Volgens de burgemeester de enige mogelijkheid nabij de ligplaats van de replica van de kogge en de Koggewerf.
Koelewijn noemt het plan rond de vitrine nadrukkelijk „de terugvaloptie.” „Er is 500.000 euro voor beschikbaar, maar het is niet de ideale setting. Het garandeert wel dat de kogge wordt geëxposeerd. Dat was voor Rijkswaterstaat voldoende om het wrak te lichten en te conserveren.”
Gemor
Meer ambitieuze plannen werden met gemor begroet in de gemeenteraad. Een groots plan voor een museum onder water –met in de duurste variant een te verwachten bezoekersaantal van jaarlijks 125.000– viel al snel af. Een lokaal initiatief, een ruim 10 miljoen euro kostend museum met de naam Koggekwartier, viel af omdat het ten koste ging van twintig parkeerplaatsen.
Maar dit plan is zeker niet definitief van tafel, zegt de burgemeester. „Na het lichten wordt de kogge op een ponton eerst nog een paar dagen aan de stad getoond. Dat is nu definitief. Dan kunnen de inwoners met eigen ogen zien wat de geschiedenis 600 jaar voor ons verborgen heeft gehouden.”
Vervolgens ligt de kogge twee tot drie jaar in een loods in Lelystad voor conservering. Koelewijn wil die tijd gebruiken om zijn plannen verder uit te werken.
Dat het wrak terugkeert, is zeker, zegt de burgemeester. „Als er wat te tonen valt, gebeurt dat in Kampen. En we streven naar meer dan de vitrine.”
Nooit eerder
In Bremen is ook een kogge tentoongesteld. „Maar daar is van stukjes één schip gemaakt. Zo’n omvangrijk en compleet schip als hier is nooit eerder gevonden. Deskundigen zeggen: wat Rembrandt is voor de schilderkunst, is de kogge voor de scheepvaart.”
De huidige Koggewerf wordt de komende jaren uitgebreid met onder meer een werf. Het zou een prima plek voor het wrak zijn. „Maar ik sluit niet uit dat de IJsselkogge op een andere plek komt. Het zou kunnen dat we iets van een Hanzepark willen, waarbij ook de ruimtelijke omgeving wordt ontwikkeld.”