Doop van 33 vluchtelingen in één dienst „uniek”
Een dienst waarin 33 vluchtelingen worden gedoopt. Een evangeliegemeente in Alphen aan de Rijn maakte het recent mee. Ook elders sluiten regelmatig ex-moslims zich aan bij een kerk.
Ab Meerkerk is voorganger van de Nieuw Leven Evangelie Gemeenschap (NLEG) in Alphen aan den Rijn. In zijn gemeente werden vorige week 33 vluchtelingen uit de noodopvang gedoopt. „Dit is het werk van God”, zo citeert Meerkerk de kop boven een artikel hierover in het Algemeen Dagblad van vrijdag.
Vragen over de doop van de vluchtelingen wil Meerkerk niet beantwoorden. Het leiderschapsteam van de gemeente heeft besloten niet mee te werken aan publiciteit. Volgens berichten in andere media ging het om de doop van 32 mannen en 1 vrouw, voornamelijk uit Iran, die sinds eind oktober diensten van de NLEG bezochten. Het betrof zowel ex-moslims als mensen die al christen waren maar in hun land niet gedoopt konden worden.
Dooptraject
Hoofd beleidszaken Marco Vos van stichting Gave noemt de doop van de 33 vluchtelingen opvallend. „Het komt regelmatig voor dat asielzoekers tot geloof komen en worden gedoopt, maar dit aantal is uniek.” Vos is een van de auteurs van de brochure ”In goede aarde” die Gave in juli 2014 uitbracht. Deze biedt kerken „advies voor de doop en begeleiding van asielzoekers” en gaat onder meer in op het risico dat mensen zich laten dopen omdat ze dan een grotere kans op een verblijfsvergunning zouden hebben.
Vos heeft voorafgaand aan de doopdienst in Alphen aan den Rijn geen contact gehad met de NLEG. „Ik heb later van de voorganger begrepen dat hij dankbaar gebruik heeft gemaakt van de informatie op onze website en ook van de expertise van een Iraans-Afghaans christelijk netwerk. Hij is met wijsheid en zeker niet naïef te werk gegaan.”
In haar brochure wijst Gave erop dat deskundigen „een dooptraject van zes tot negen maanden” als „wenselijk” zien. In de praktijk gaan kerken hiermee verschillend om, zegt Vos. „Drie maanden lijkt me in ieder geval wel het minimum, maar het hangt ook af van de intensiteit van het contact en het onderwijs. Soms speelt mee dat vluchtelingen na drie of vier maanden worden overgeplaatst. Dat kan een reden zijn om wat sneller tot de doop over te gaan.”
Vos signaleert dat veel moslimvluchtelingen openstaan voor het Evangelie. Hij merkt dat onder meer in Apeldoorn, waar hij verbonden is aan de internationale ICF-gemeente. „Begin september is in Apeldoorn een noodopvang geopend. In het begin kwamen er zo’n 25 tot 30 vluchtelingen naar de kerk. Uiteindelijk is er met vijftien van hen een intensief contact ontstaan. Ze komen op zondag naar de dienst en doen door de week mee aan Bijbelstudie. Er zitten Irakezen en Syriërs tussen die zeer gemotiveerd zijn.”
Vooral bij Iraniërs en Afghanen is het raadzaam alert te zijn op de mogelijkheid dat ze christen willen worden met het oog op een verblijfsvergunning, stelt Vos. „Bij Syriërs speelt dat niet, want die krijgen vrijwel allemaal toch wel toestemming om hier te blijven.”
Wereldwijde beweging
Niet alleen in Nederland, maar ook elders in Europa zouden regelmatig islamieten uit het Midden-Oosten christen worden. „In Griekenland en in Calais worden wekelijks vluchtelingen gedoopt en ontstaan nieuwe geloofsgemeenschappen”, meldde ds. P. L. R. van der Spoel, adjunct-directeur van Open Doors, vorige week op Twitter. Inmiddels heeft de organisatie intern afgesproken hierover geen nadere mededelingen te doen vanwege mogelijke risico’s voor betrokkenen.
Marco Vos van Gave zegt dat het meer dan eens voorkomt dat moslimvluchtelingen voordat ze in Nederland arriveren, met het Evangelie in aanraking komen. Hij kent verhalen van mensen die onderweg in Athene in bijvoorbeeld een baptistengemeente zijn gedoopt. Ook weet hij van moslims op de vlucht die in Libië of Jordanië tot geloof zijn gekomen. „Het is een wereldwijde beweging. De oorlog in Syrië is een ramp, maar die leidt er wel toe dat steeds meer moslims op zoek gaan naar de waarheid.”
Ook in de internationale diensten in Kampen, die elke zondag zo’n 150 asielzoekers trekken, komen moslims. Vanuit de hervormde gemeente (Gereformeerde Bond) in die plaats is Jan Kees van der Hart hierbij als voorganger en pastoraal werker betrokken. Hij vertelt dat er in november onder anderen een Syrische moslim is gedoopt. „Hij is tot geloof gekomen en heeft doopcatechese gevolgd in de gereformeerde kerk vrijgemaakt in Kampen. De doophandeling werd verricht door ds. M. H. Oosterhuis van de GKV.”
In de afgelopen jaren maakte Van der Hart het enkele keren vaker mee dat bezoekers van de internationale diensten werden gedoopt. „Als iemand aangeeft dat hij dat wil, volgt hij bij een van de betrokken kerken dooponderwijs. Dat vinden we heel belangrijk en dat duurt vaak minimaal een halfjaar. Hij wordt dan in die kerk gedoopt, met de bedoeling dat hij ook in die gemeente wordt opgenomen. In de meeste gevallen gaat het om mensen die al wat langer in Nederland zijn en een verblijfsvergunning hebben.”
Dat de openheid onder moslims voor het Evangelie groot is, herkent Van der Hart. „Absoluut. Zondag kwamen er nog twee mensen naar me toe die zeiden dat ze geraakt waren door de dienst. We hebben binnenkort een gesprek met hen om te kijken of ze doopcatechese willen volgen. Er is ook veel vraag naar Arabische Bijbels. Die zijn bijna niet aan te slepen.” Tegelijk zegt hij voorzichtig te zijn als moslims aangeven christen te willen worden. „Dat heeft ermee te maken dat Arabische christenen die al langer in ons land wonen, soms sceptisch zijn en zeggen dat niet alle bekeerlingen echt geloven. Het is belangrijk daar zorgvuldig bij stil te staan, al kunnen we nooit in iemands hart kijken.”
Samer Younan, afkomstig uit Syrië, is voorganger in ICF-gemeente Oase in Amersfoort en als evangelist werkzaam rond azc’s in Dronten en Luttelgeest. Hij maakte zondag de doop van een Syrisch gezin mee in de gereformeerd vrijgemaakte kerk in Emmeloord. „Het ging om een echtpaar met drie kinderen in de leeftijd van 15 tot 21 jaar. Ze hebben dooponderwijs gevolgd en er allemaal bewust voor gekozen om christen te worden.”
Op 20 maart is er in de Oase een doopdienst. Onder de vijf dopelingen zijn vluchtelingen uit Syrië en Irak, die allemaal een verblijfsvergunning hebben. „Ze bezoeken onze diensten en krijgen voordat ze gedoopt worden vier maanden catechisatie. Goed onderwijs is van belang.” Younan benadrukt dat de doop geen eindpunt is. „Het is het begin van het nieuwe leven.”
De Syrische evangelist ziet landelijk een toename van het aantal vluchtelingen dat wordt gedoopt. „Er zijn meer vluchtelingen en kerken worden zich meer bewust van hun roeping om te evangeliseren. Ook merk ik dat getuigenissen van bekeerde moslims heel belangrijk zijn. Die kunnen helpen om mensen binnen hun eigen culturele groep te bevrijden van de leugen waarin zij geloven.”
Zie ook:
Stichting Gave geeft advies voor doop asielzoekers