Minister over hoog loon politietop: oude afspraken
DEN HAAG (ANP). Het hoge salaris voor topfunctionarissen bij de politie komt door oude afspraken. Die kun je niet naast je neerleggen, aldus minister Ard van der Steur (Veiligheid en Justitie) woensdag.
Van der Steur reageerde op de melding van het AD dat twintig politiefunctionarissen in 2014 meer verdienden dan een minister. Bernard Welten kreeg als adviseur van de korpsleiding bijna 260.000 euro.
Zes van de twintig grootverdieners zaten in 2013 nog onder het salaris van 177.410 euro (balkenendenorm). Zij gingen er in 2014 op vooruit, terwijl de overheid juist aandringt op matiging van hun lonen, stelt de krant. Daarom werd in 2013 de Wet normering topinkomens (WNT) ingevoerd.
Volgens politievakbond ANPV is het voor agenten op straat onverteerbaar dat hun bazen meer verdienen dan de minister. Maar volgens de politie is er niks mis met de hoge salarissen. Kamerlid John Kerstens van regeringspartij PvdA is ontstemd: „ Van der Steur heeft wat mij betreft al wat uit te leggen over het salaris van de nieuwe politiechef, daar komt dit nu bij.”
Minister Ronald Plasterk (Binnenlandse Zaken) maakte juist woensdag bekend nog voor de zomer te komen met een nieuwe aanpassing van de WNT. In de aanscherping, die al in het regeerakkoord werd aangekondigd, gaat het niet alleen om topfunctionarissen, maar om zoveel mogelijk medewerkers in de (semi)publieke sector. Topfunctionarissen in de (semi)publieke sector mochten volgens de WNT aanvankelijk niet meer verdienen dan 130 procent van een ministerssalaris, inmiddels is dat 100 procent.
Op verzoek van met name de PvdA zei Plasterk goed te zullen kijken wat hij allemaal kan doen tegen allerlei ontsnappingsconstructies, waardoor mensen toch een hoger salaris kunnen binnenhalen dan is toegestaan. Die zijn volgens de PvdA niet onwettig, maar wel onwenselijk.
D66 vindt het hypocriet dat het kabinet zelf wel aan constructies lijkt te doen, zoals nu met het salaris van de nieuwe korpschef. Die gaat er door zijn benoeming op achteruit, maar krijgt het verschil bijgepast.
Plasterk zei dat individuele uitzonderingsgevallen wel eens voor kunnen komen, maar de wet niet uithollen.