Daaraan moest ik denken toen ik de debuut-cd van het Dudok Kwartet beluisterde. Dit jonge Nederlandse strijkkwartet studeerde af in 2013 en zijn optredens wekken internationaal al enthousiasme. Je hoort het meteen in het Vivace van Joseph Haydns strijkkwartet in C, opus 52 nr. 2: het spel is helder en energiek, rijk van klank. In het daaropvolgende Adagio klinkt de quasi-geïmproviseerde partij van de eerste viool haast alsof we een zigeunerviolist aan het werk horen.

Dat brengt ons meteen bij de verbindende schakel op deze cd: Hongarije. Haydn werkte dertig jaar voor de Esterházy’s in Hongarije. De componist van het hoofdwerk op de cd, György Ligeti, was een Jood van Hongaarse afkomst. Zijn strijkkwartet nr. 1 ”Métamorphoses nocturnes” uit 1953 bestaat uit zeventien deeltjes die in elkaar overgaan en pendelen tussen melodisch geweeklaag en verbeten ‘schurende’ klanken. Na het verstilde slot ervan klinken bijna als vanzelfsprekend de Intermezzi opus 116 en opus 119 van Brahms. Eerste violist Judith van Driel bewerkte er enkele voor strijkkwartet. De bezonkenheid en melancholie die deze muziek kenmerken worden meesterlijk tot klinken gebracht.

Dat ook Brahms Hongaarse muziek een warm hart toedroeg, horen we in de afsluitende Ballade in g, opus 118 nr. 3, met een zangerige dans als middendeel. Het prachtige spel en de emotionele betrokkenheid van de musici krijgen door de glansrijke opname in de Dorpskerk te Bunnik het volle pond.

Métamorphoses – Haydn, Ligeti & Brahms – Dudok Kwartet; Resonus (RES 10150); € 16,49; www.dudokkwartet.nl